Welkom, Gast. Alsjeblieft inloggen of registreren.
04-10-2024, 22:46:17
Startpagina Help Zoek Inloggen Registreren
Nieuws: http://jolybit.nl De nieuwe trading hulp website is in de maak. U kunt hem wel al gebruiken.

+  Vraag en antwoord & Wie wat waar
|-+  Hoofdindex
| |-+  Praatgroep Scheveningen
| | |-+  HKS De Hoop
« vorige volgende »
Pagina's: 1 2 [3] 4 5 6 7 ... 15 Omlaag Print
Auteur Topic: HKS De Hoop  (gelezen 238325 keer)
zier
Schipper
*****
Berichten: 3619


wie de mens leerd kenne, leerd de dieren waardeere


Bekijk profiel
« Antwoord #30 Gepost op: 22-02-2008, 18:57:04 »

volgens mij ergens bij Bodegraven, niet in Katwijk en ook niet op Scheveningen
 ////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////////

maar piet-ien je weet tog nog wel dat het laatste orgel naar dominee zethof gegaan is en het oudste orgel naar het katekse museum.

en wat betreft de verkoop van de hoop kenne we maar beter zwijgen,der zat denk al voor een paar ton aan gasolie in ze´n bunkers want die zat tot ze´n strot toe vol.
zier
Gelogd
C. Bal
Gast
« Antwoord #31 Gepost op: 10-04-2008, 22:02:16 »

deel 1 History

Vereniging hospitaalkerkschip "De Hoop" periode 1898 -1969

Nederlandsche vereeniging ten behoeve van zeelieden van elke nationaliteit, sedert 1964 Vereniging hospitaalkerkschip 'De hoop'

De gedachte die aan de oprichting van de Vereniging ten grondslag lag was niet nieuw. Zoals Mr. A. Beaujon in zijn "Overzicht der geschiedenis van de Nederlandsche Zeevisseherijen" verhaalt, voer de haringvloot al vroeg onder convooi van enige oorlogsschepen waarvan de kosten van uitrusting deels door de Staat en deels door de reders werden gedragen. In vredestijd werden ook convooyers uitgezonden, maar dan om als hospitaalschip dienst te doen. Verder moesten deze schepen heelmeesters en timmerlieden ter beschikking van de buizen hebben, deze bij averij voorzien van tuig en want en ook victualiën in voorraad houden. Omtrent het midden der vorige eeuw werd deze arbeid gestaakt, waarschijnlijk door het teruglopen van de haringvisserij. Er bleven echter geregeld twee marineschepen onder de vloot varen, hoofdzakelijk om zeeroof, verkoop van sterke drank en het vissen van vreemde schepen in onze wateren te beletten. En het was juist de marine die op het wenselijke van meer arbeid onder de vissers wees; men wees op wat de Engelsen reeds voor hun zeelieden hadden gedaan. In 1844 was de Thames Church Missjon opgericht die vier zeilsmakken als missieschepen uitzond om onder de vissers op de Noordzee te kruisen, aanvankelijk alleen om te pre- diken. De nadere kennis van de geestelijke en lichamelijke gevaren waaraan de vissers blootstonden leidde tot de oprichting van de "Mission to Deep Sea Fishermen". Deze werkte eerst onder auspiciën van de Thames Church Miesion, werd in 1877 zelfstandig en zond hospitaalkerkschepen uit met elk een geestelijke en een arts en een moderne medische uitrusting aan boord. Deze hospitaalkerkschepen waren tevens trawlers die ook zelf visten.

Reverend J. Chambers, eerst zendeling in Hongkong en op de Magdalene Islands (Canada) later predikant van de Engelse kerk te Amsterdam, kwam in 1897 op de gedachte in Nederland een vereniging op te richten die op de wijze van de "Mission to Deep Sea Fishermen" een hospitaalkerk- schip uitrusten en naar de visgronden op de Noordzee zenden zou. Dit plan vond bijval. De heren P.E. Tegelberg (directeur Stoomvaart Mij Nederland), mr. E.N. Rahusen, W. Boissevain, B. Heidring (directeur Nederlandsche Handel Maatschappij), W.C. Robinson (consul van Engeland), C.J. Corey (consul van de Verenigde Staten van Amerika) en enige anderen sloten zich aan- een en richtten op 5 mei 1898 de "Nederlandsche Vereniging ten behoeve van zeelieden van elke nationaliteit" op, van welke vereniging genoemde

J. Chambers secretaris honorair werd. In de Statuten omschreven zij hun

doelstelling en werkwijze: "De Vereniging stelt zich ten doel de zeeman, onverschillig van welke nationaliteit of geloofsbelijdenis, zoowel in onze havens als op zee godsdienstig en zedelijk te verheffen, hem zooveel mogelijk te onttrekken aan de gevaren die hem bedreigen in de maatschappij en hem geneeskundige en heelkundige hulp te verschaffen, waar hij die onder sommige omstandigheden zoude moeten ontbeeren". Zonder andere wettelijke en geoorloofde middelen uit te sluiten, dacht men dit als volgt te bereiken:

1- door toespraken op zodanige plaatsen en tijden als doelmatig geacht werd;

2- door degelijke en opbouwende lectuur in de zeemanshuizen en zodanige andere geschikte plaatsen en wat de vissers speciaal betrof,

3- door de inrichting van een hospitaalschip dat zich zoveel mogelijk bij de vissersvloot op de Noordzee zou moeten bevinden.

H.M. Koningin Emma werd bereid gevonden als beschermvrouwe der Vereniging op te treden. Op verzoek van het bestuur vormden zich twee damescomité's om de algemene belangstelling op te wekken en gelden in te zamelen. Het bestuur van het Amsterdamse Dames Hoofdcomité werd gevormd door mevrouw Vening Meinesz-den Tex, mevrouw Labouchère-van Weede, mevrouw Hoeufft-Backer enmevrouw de Marez Oyens-Reynvaan. In het bestuur van het Haagse Dames Hoofdcomité hadden zitting mevrouw de Beaufort-van Eeghen, mevrouw Roëll-van Wickevoort Crommelin, jkvr. baronesse van Zuylen van Nijevelt en mevrouw Heldring-Rasch. Door hun tussenkomst werden op 30 à 40 plaatsen comité's of correspondentschappen opgericht. Door hun werk werd f. 25.000 bijeengebracht voor de aankoop en uitrusting van een schip. Voor dit bedrag werd een tweemast schoener die nog dienst deed als vissersvaartuig te IJmuiden aangekocht en verbouwd tot een hospitaalkerkschip dat "de Hoop" gedoopt werd. Op 17 juni 1899 zeilde he t schip met een predikant en een arts aan boord voor de eerste maal uit en op deze reis werden 99 personen verpleegd.

Aanvankelijk nam men ook het werk aan de wal ter hand door het verspreiden van tractaten, het bezoeken van schepen en het exploiteren van een leeskamer in het Zeemanshuis te Amsterdam, maar al spoedig viel alle nadruk op het schip. Reeds in 1903 deed zich de behoefte gevoelen aan een motor-zeilschip; het duurde echter tot 1911 voordat de bestelling daarvan geplaatst kon worden bij de werf "Conrad" te Haarlem. In 1912 voer het nieuwe schip uit dat f 47.365 gekost had en geheel uit eigen middelen en giften betaald was. Er waren toen 10 ziekenbedden en een isolatiehut voor

infectiezieken. In 1917 en 1918 bleef "de Hoop" binnen de sluizen van IJmuiden liggen. In april en mei 1922 werd het schip op verzoek van het bestuur van de Kweekschool voor de Zeevaart aan die school in bruikleen afgestaan voor het maken van oefentochten op zee. In de zomer van 1923 voeren op verzoek van de regering Dr. Molenaar en de heer Aafjes mee om een film - bestemd voor onderwijsdoeleinden - van de haringvisserij te maken. Sedert 1900 gaf de regering subsidie aan de Vereniging, echter alleen voor het medische werk. Maar enkele grote fondsen steunden het werk van "de Hoop" dat duidelijk in een behoefte voorzag: in 1930 werden 348 zieken verpleegd. Ook aan buitenlanders werd hulp geboden. H.K.H. Prinses Juliana, die sinds het overlijden van Koningin Emma beschermvrouwe der Vereniging was, woonde op 23 mei 1936 (de dag waarop het schip zou uitvaren) een wijdingssamenkomst aan boord hij, terwijl "de Hoop" in de namiddag met een bezoek van H.N. Koningin Wilhelmina in gezelschap van H.K.H. Prinses Juliana werd vereerd.

De voortschrijdende techniek bracht een ingrijpende verandering in de werkwijze van "de Hoop". Aanvankelijk werd het meeste werk verricht in de baai van Lerwick (Shetland Islands) en andere Schotse en Engelse havens, maar geleidelijk verdwenen de zeilloggers van de zee en in 1938 werd "de Hoop" verbouwd tot een snelvarend motorschip. In 1932 had Radio- Holland een hut op het dek ingericht voor een complete zend- en ontvanginrichting voor radio en telefonie met een eigen marconist om de verbinding te vormen tussen de rederijen en de vissersvloot. De Tweede Wereldoorlog ging aan het schip niet ongemerkt voorbij, het werd door de bezetter gevorderd. Op 31 december 1940 slaagde de bemanning er in het grootste deel van de inventaris van boord te halen. Er kwamen slechts zelden berichten van het schip binnen. Op 31 oktober 1944 voer "de Hoop" Wolfaartsdijk binnen, waarbij de Duitse commandant te laat bemerkte dat de plaats de nacht tevoren door de Canadezen was bezet. De geh ele bevolking enterde het schip, waarna de Duitse bemanning in optocht naar de Canadese commandant werd gevoerd. Na behouden aankomst te Amsterdam op 8 november 1945 en na vele herstellingen kon het schip in 1946 weer dienst doen.
« Laatste verandering: 10-04-2008, 22:04:04 door C. Bal » Gelogd
C. Bal
Gast
« Antwoord #32 Gepost op: 11-04-2008, 08:26:29 »

Deel 2

n 1947 konden niet minder dan 628 patiënten worden behandeld waaronder zeer ernstige. Ook de predikant kon toen de kerkdienst per microfoon door de radio uitzenden. Om het schip 8 maanden per jaar in zee te houden was jaarlijks wel f 50.000 nodig. Dieppe werd voor de eerste maal in het najaar van 1948 en daarna geregeld elk seizoen bezocht. Bij de watersnoodramp op 1 februari 1953 werd de bemanning per radio opgeroepen zodat het schip 10 uur later gereed was hulp te bieden: 150 zieken en ouden van dagen werden van Brouwershaven naar Dordrecht overgebracht, terwijl aan soldaten en helpers slaapplaats en voedsel werd verstrekt. Op 10 februari keerde men naar Amsterdam terug. Op 23 december 1954 liep het oude schip na 42 jaar dienst te hebben gedaan voor de laatste maal IJmuiden binnen. In deze 42 jaar werden in totaal 12.023 patiënten behandeld, had de predikant vele kerkdiensten en dagsluitingen gehouden, schepen bezocht, Bijbel, psalmboekjes en stichtelijke lectuur ver kocht, voor "lees" gezorgd en last - but not least - aan het einde van de reis een gedicht daarop gemaakt!

Deze verdiensten vonden ook erkenning. In 1934 ontving de scheepsarts P.G. van Asperen de zilveren de Ruytermedaille; aan ds. Luteyn en de oudmatroos C.v.d. Nieuwendijk werden op 18 maart 1948 respectievelijk de zilveren en de bronzen de Ruytermedaille uitgereikt. In 1948 werd met vele autoriteiten en belangstellenden op 7 mei te Amsterdam het 50-jarig bestaan der Vereniging herdacht; mevrouw Rahusen-Hooft werd ridder in de Orde van Oranje Nassau, terwijl mevrouw Douairière Baronesse Clifford van der Oudermeulen bevorderd werd tot officier in de Orde van Oranje Nassau. De Koninklijke Nederlandse Vereniging "Eerste Hulp bij Ongelukken" reikte op 5 juni 1953 aan de Vereniging de grote gouden Dr. 0.0. Tilanusmedaille uit, terwijl de stuurman Floor van den Nieuwendijk bij die gelegenheid de gouden draagmedaille - verbonden aan deze onderscheiding - ontving in verband met zijn 25-jarig ambtsjubileum.

Het werd tijd naar een nieuw schip om te zien. Een landelijke actie werd op touw gezet die een groot succes werd. In augustus 1955 werd het oude schip voor f 40.000 verkocht aan de Heer Rasmus Rasmussen, Vedavaagen, W. Noorwegen. Toen was het nieuwe reeds op 8 juli van dat jaar door H.N. Koningin Juliana in dienst gesteld. Het was uitgerust met een motor van 400 P.K. de meest moderne hulpmiddelen op nautisch gebied en voorzien van een volledige medische apparatuur. Er was een aparte ruimte voor het houden van godsdienstoefeningen geschapen waarin het fraaie kerk- orgel en de speciale verlichting het meest opvielen. Het schip was nu geschikt om het gehele jaar door dienst te doen en hulp te verlenen: medische en geestelijke verzorging, radiotechnische en technische hulp, het verzenden - als selected ship - van weerrapporten naar het K.N.M.I. sleepdiensten en het verschaffen van drinkwater. Op 12 mei 1956 werd. een tocht op de Noordzee gemaakt met de drie hoogste klassen van de dépendance van het

Baarns Lyceum waarbij de prinsessen Beatrix en Irene aanwezig waren. Bij deze gelegenheid werd een demonstratie gehouden van het overnemen van patiënten met de rubberboot. Hier werd de gedachte geboren om gebruik te maken van een drijvende brancard waarop de patiënt kon worden vastgebonden en vanaf de logger in de rubberboot kon worden overgenomen indien bijvoorbeeld bij ruw weer de patiënt uit de handen van de bootgasten zou slippen en te water raken. Een bedrijf in Aalsmeer werkte deze gedachte uit en schonk "de Hoop" in datzelfde jaar de eerste drijvende brancard ter wereld.

De goede samenwerking met de Duitse "Fischereischutzboote" die ook aan Nederlandse vissers hulp verleenden, werd in 1956 voortgezet. Er werd contact gemaakt met de Belgische redersorganisaties. In 1957 werd "de Hoop" ingeschakeld bij de medische en geestelijke verzorging tijdens de grote Lofoten kabeljauwvisvangst waarbij meer dan 20.000 Noorse vissers betrokken waren. Ook in 1958 bezocht "de Hoop" de Lofoten. Omdat te Rest en Bod$ weinig medische hulp voor de bewoners was verleende Dr. C.W. Ouwerkerk aan 549 Noren particulier consult. De bisschop van Bod$ bezocht het schip en hield in de kerkzaal een korte dienst. Het jaar daarop herinnerden de Noren zich de goede poeders en pillen die zij in 1958 hadden gekregen en 265 consulten waren hiervan het gevolg.

In 1960 maakte "de Hoop" de eerste tocht naar de noordelijke trawlvisserij op de Vikingbank. Het schip was met een motor van 400 P.K. niet voor de verre visserij gebouwd. De stormachtige ontwikkeling sinds 1955 - de loggers (drijfnetvisserij) moesten plaats maken voor trawlers en kotters, uitgerust met sterke motoren, de trawlers, zelfs met motoren van 800 - 1000 P.K. - had niemand toen kunnen voorzien. Nederland was duidelijk in het nadeel tegenover Duitsland: "de Hoop" had de zorg voor 250 Nederlandse schepen; de circa 300 Duitse schepen werden door drie Schutzboote - waaronder de in 1958 gebouwde "Poseidon" met een motor van 1050 P.K. -verzorgd, terwijl ook nog het onderzoekingsvaartuig (de "Anton Dohrn") in noodgevallen kon bijspringen. Echter had alleen "de Hoop" een predikant aan boord.

Het nieuwe werkterrein vereiste dus een nieuw schip. De nadruk zou moeten vallen op het mobiel zijn. Om fondsen hiervoor te krijgen werd in 1960 een kleuren-geluids-film gemaakt met als titel: "de Hoop" vaart... Het ging de Vereniging in 1962 niet voor de wind: de exploitatierekening wees een tekort van f 57.976,56 aan dat weer op de kapitaalsrekening in mindering moest worden gebracht. Op de bestuursvergadering van 9 mei 1962 werd besloten het aanbod van de regering te aanvaarden waarbij het Rijk een door de Vereniging te sluiten lening voor de bouw van een nieuw en groter schip zou garanderen en op zekere voorwaarden de jaarlijkse bijdrage zou verhogen. Op 14 maart 1963 werd aan de N.V. Scheepsbouwwerf Gebr. Pot te Bolnes, die met een offerte tot een bedrag van f 2.600.000 de laagste inschrijfster was, opdracht gegeven tot het bouwen van een nieuw hospitaalkerkschip van 62,60 meter lengte, 10,20 meter breedte en een gemiddelde diepgang van 4,40 meter. Het schip zou v oortgestuwd worden door een combinatie van een 12-cylinder motor van 900 P.K. en een 6-cylinder dieselmotor van 300 P.K. De hospitaalcapaciteit bleef 12 bedden, nu verdeeld over 5 hutten waaronder 2 isolatiehutten. In het hospitaalgedeelte zou radiodistributie komen.

Brancardpatiënten konden met een lift van het hoofddek naar het hospitaaldek worden gebracht. De kerkruimte zou aan 65 kerkgangers plaats bieden. Er was een aparte recreatiezaal voor 60 personen die tevens dienst kon doen als bioscoopzaal. Werkplaatsen kwamen er ook: een voor noodreparaties aan motoronderdelen en vistuig, een voor electrische apparaten en een voor de radionavigatie-apparatuur . Er kwam ruimte voor het meenemen van reserveonderdelen van de verschillende motoren die op de vissersschepen in gebruik waren. De bemanning van het schip zou nu uit 30 koppen bestaan. Acht maal per dag zouden de weerrapporten aan de Bilt worden doorgegeven. Scheveningen Radio gaf de weersverwachting van het K.N.N.I. aan "de Hoop" door en het Schip herhaalde tijdens de omroepperiodes deze berichten op de visserijband. In totaal waren in 1962 664 van deze weerberichten her-uitgezonden. Sinds 1960 had de Vereniging eigen personeel voor de radiodienst. Er kwam radarapparatuur. Het sc hip werd nu centraal verwarmd en mechanisch geventileerd. Op 12 december 1963 werd het te water gelaten. De doopplechtigheid werd verricht door mevrouw H.J. MansholtPostel, echtgenote van de Minister van Visserij, die zelf niet aanwezig kon zijn.

Daar wel eens misbruik gemaakt werd van de hulpverlening die het schip gaf, bepaalde de Vereniging bij circulaire van 24 april 1964 dat het schip alleen sleepdiensten zou verlenen indien het - naar het oordeel van de kapitein van het H.K.S. - een noodgeval betrof en geen particuliere Nederlandse sleephulp in de nabijheid of ter plaatse was. Sleephulp zou nu verleend worden op de condities van Lloyds.
« Laatste verandering: 11-04-2008, 14:28:59 door C. Bal » Gelogd
C. Bal
Gast
« Antwoord #33 Gepost op: 11-04-2008, 14:30:43 »

Deel 3

In 1964 had een wijziging der Statuten plaats in verband met de gewijzigde taak van het bestuur. Dit zou, daar de regering het schip gebouwd

had en voor de exploitatie daarvan garant stond, alleen ingeschakeld worden om het voortbestaan van "de kerk op zee" te garanderen. Op de Algemene Ledenvergadering van 26 juni 1964 werden de gewijzigde statuten aangenomen die bij K.B. van 8 augustus d.a.v. de Koninklijke goedkeuring ontvingen. De naam der Vereniging werd veranderd in "Vereniging Hospitaalkerkschip de Hoop". Amsterdam bleef de plaats van vestiging. Ook het doel bleef hetzelfde, maar de verwezenlijking daarvan werd nu uitsluitend gezocht in het hebben, inrichten en reden van een of meer hospitaalkerkschepen. Het bestuur werd op eigen voordracht door een college van 12 afgevaardigden gekozen. Van deze 12 afgevaardigden werden minstens 7 gekozen door de leden en rechtspersoon-leden der Vereniging, de overigen door het bestuur. Er was een bestuurslid voor de medische zaken en een voor de geestelijke zaken. Voor het financiële beleid werd het bestuur bijgestaan door een financiële commissie die uit een voordr acht van het bestuur door het college van afgevaardigden werd benoemd. Het bestuur kon zich verder laten bijstaan door adviescoxnmissies, al dan niet bestaande uit leden of rechtspersoon-leden der Vereniging. Het bestuur riep ook het college van afgevaardigden samen waarvan de voorzitter een bestuurslid was. Tenzij bij het besluit tot ontbinding der Vereniging anders was bepaald zou een eventuele liquidatie geschieden door het bestuur onder toezicht van het college van afgevaardigden. Een eventueel batig saldo zou worden bestemd voor een doel gelijk aan of verwant met dat der Vereniging. Vond geen liquidatie plaats, dan zou de Vereniging tot en met ultimo november 1993 blijven voortbestaan.

Op verzoek der regering zou de verkoop van het oude schip nog een half jaar uitgesteld worden waarna het Rijk de koopsom ad f 400.000 aan de Vereniging zou voldoen. In deze tussenperiode zou het door de Stichting Zeemans Welzijn als drijvend zeemanstehuis worden gebruikt in de Botnische Golf. In mei 1965 was de verkoop voor f 330.000 aan de Société française du pétrole een feit. Op 11 mei 1965 bracht minister B.W. Biesheuvel een bezoek aan het nieuwe schip en toonde veel belangstelling en waardering voor het werk. Van 27-28 oktober 1965 bracht het schip een bezoek aan Gotenburg ter gelegenheid van een aldaar gehouden internationaal congres op visserijgebied onder auspiciën van de P.A.0. Op de avond van de 28e was er een ontvangst aan boord van "de Hoop", waarvoor alle congresleden waren uitgenodigd; bovendien waren aanwezig de burgemeester van Gotenburg en de prest van de Zweedse Lutherse staatskerk. Een kleurige noot aan het gemengde gezelschap gaven de vertegenwoordig ers van de sedert kort onafhankelijk geworden Afrikaanse staten. Alle bezoekers van het schip waren vol lof, het samengaan van hospitaal en kerk op een schip wekte waardering en respect. Er was zorg voor gedragen dat elke bezoeker een mapje met een foto van het schip en gegevens over het werk der Vereniging meekreeg. Ook in 1965 was de samenwerking met de buitenlandse hulpschepen "Frithjof" (West-Duitsland) en "Robert Koch" (Oost- Duitsland) bijzonder goed. De hulpverlening werd zeer op prijs gesteld: op 1 bijzonder 1965 duurde de reparatie aan de radar van het Noorse opleidingsschip "Sjoveien" uit Oslo 5 uur! In november 1965 werd de nieuwe steiger aan de Scheurhaven (een der havens van de Europoort) in gebruik genomen; voor het eerst beschikte het hospitaalkerkschip over een eigen vaste ligplaats.

Doordat de vissersvloot zich nu verspreidde over de Atlantische Oceaan en de Noordelijke IJszee moesten per hulpverlening - voor zover deze niet via de radio kon plaatsvinden - grotere afstanden worden afgelegd. Daardoor werd deze minder intensief, maar volgens de Heer A. Thurmer (adviseur namens de regering) was "de Hoop" ook gebouwd om een taak in E.E.G. verband te vervullen en was er (juli 1966) een ontwikkeling gaande waarbij het schip accommodatie zou gaan verlenen aan bepaalde regeringsinstanties die zich met de Visserij bezighielden. De hulpverlening werd ook steeds kostbaarder. De Overheid steunde in aanzienlijke mate, maar stelde de grootte van haar subsidie afhankelijk van die van de particuliere bijdragen.

Op initiatief van Ds. Zethof, Ned. Herv. predikant te Kockengen, die tijdens zijn reis als geestelijk verzorger van "de Hoop" van 22 november - 16 december 1967 opnamen maakte van aan boord gezongen liederen, werd van deze opnamen door hemzelf een grammofoonplaat uitgebracht onder de titel "de Kerk op Zee". Van de opbrengst van deze platen werd door het bestuur der Vereniging in september 1968 een witte kerkgangersstoep voor "de Hoop" aangeschaft.

Op eigen verzoek - hij wilde graag bij zijn vrouw zijn daar hun laatste kind gehuwd was - ging kapitein W.F. Rog op 3 december 1969 op 60-jarige leeftijd met vervroegd pensioen. Een periode van 42 jaar zeemanschap werd hiermee afgesloten. Zijn opvolger was de eerste stuurman
Gelogd
tgaeko
Gast
« Antwoord #34 Gepost op: 30-05-2008, 15:30:48 »

Kan iemand mij vertellen wie de ouders van Willem Frederik Rog, kapitein van De Hoop, waren? Ik begrijp dat hij rond 1909 te Scheveningen is geboren.

Ik vraag dit omdat ik bezig ben met de stamboom van de familie Rog uit Scheveningen.

https://www.genealogieonline.nl/stamboom-keus-smink/

Mijn emailadres: tgaeko@ziggo.nl

Alvast bedankt voor de reacties.



Theo Eekhout
« Laatste verandering: 08-10-2011, 08:15:26 door Theo E » Gelogd
C. Bal
Gast
« Antwoord #35 Gepost op: 03-07-2008, 18:55:05 »

De Hoop


* De_Hoop_in_de_belangstelling.jpg (78.75 KB, 600x401 - bekeken 3443 keer.)

* De_Hoop_vaart_uit.jpg (54.93 KB, 600x420 - bekeken 3698 keer.)
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #36 Gepost op: 04-07-2008, 19:37:51 »

De Hoop

Heb ze maar wat lichter gemaakt Cor; waren wel erg donker

K


* hoop1.jpg (86.85 KB, 600x401 - bekeken 3498 keer.)

* hoop2.jpg (60.98 KB, 600x420 - bekeken 3594 keer.)
Gelogd
C. Bal
Gast
« Antwoord #37 Gepost op: 04-07-2008, 19:56:38 »

Bedank jj, deze zaten op een dia. Knip oog
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #38 Gepost op: 04-07-2008, 20:41:01 »

Bedank jj, deze zaten op een dia. Knip oog

Dia's verkleuren na verloop van een aantal jaren Cor.
Ik zit zelf ook met dat probleem. Heb ze allemaal ingescand en weer opnieuw op kleur gebracht.
Lukt met de ene weer wat beter dan de ander

K
Gelogd
witkwast
Schipper
*****
Berichten: 2272


Leer v. gisteren Droom v. morgen Maar leef vandaag


Bekijk profiel
« Antwoord #39 Gepost op: 05-07-2008, 22:45:08 »

Zo zie je maar weer, weer iets geleerd dacht altijd dat dia's goed bleven.


Witkwast
Gelogd
C. Bal
Gast
« Antwoord #40 Gepost op: 08-07-2008, 12:55:00 »

Hoop


* hospitaalkerkschip_01.jpg (76.17 KB, 600x420 - bekeken 3797 keer.)
Gelogd
Wybe-M2
Gast
« Antwoord #41 Gepost op: 14-07-2008, 16:49:21 »

De Hoop (ex) ligt nu in Ijmuiden...

In de Schuttevaer van deze week staat het volgende stukje over deze boot:

HKS De Hoop in Nederland

UMUIDEN
Het onder Panamese vlag varende standby/safety vessel Timor Challenger is IJmuiden binnengelopen voor groot onderhoud aan de scheepsmotoren. De Timor Challenger is het voormalige hospitaalkerkschip De Hoop, dat in 1964 in de vaart kwam, na te zijn gebouwd door Scheepswerf Pot in Bolnes.
Het bijna 63 meter lange schip trok in de jaren zestig, zeventig en tachtig op met de haring- en kottervloot en bood technische hulp aan de schepen
en medische verzorging en pastorale bijstand aan de bemanningen van vissersschepen. Naast de vaste 24-koppige bemanning waren dan ook steevast een arts en een predikant aan boord. De zondagse kerkdiensten aan boord, die via de radio werden uitgezonden, waren een begrip onder vissers en ook aan de wal werden de diensten in die tijd goed beluisterd. Het schip heeft bijna 25 jaar als hospitaalkerkschip dienstgedaan. De verspreiding van de vissersvloot, maar ook de snellere hulpverlening vanaf de wal maakte het schip overbodig. In 1988 werd het uit de vaart genomen. Het schip is de jaren daarna door verschillende eigenaren ingezet voor diverse activiteiten. Sinds december 2007 wordt het onder Panamese vlag geëxploiteerd door Timor Offshore Management Ltd, waarvan het hoofdkantoor is gevestigd in Nicosia op Cyprus. Daarnaast heeft het bedrijf een kantoor in Londen en beschikt het over faciliteiten in diverse landen, waaronder Indonesië, Maleisië,
Singapore en Nederland. Timor Offshore voert het management over zeven schepen, waaronder de Timor II, in 1982 als KW 45 gebouwd, en de Timor Bounty, die in 1971 in de vaart kwam als UK 44. (BP)
Gelogd
C. Bal
Gast
« Antwoord #42 Gepost op: 28-07-2008, 13:43:52 »

Leuke foto's de Hoop als modelboot.

http://www.kombuispraat.com/viewtopic.dnv?t=264&start=1040
Gelogd
schubbereet
Gast
« Antwoord #43 Gepost op: 30-07-2008, 20:00:29 »

Nog een ouwetje van de Hoop


* HKS_Medium.jpg (97.43 KB, 800x583 - bekeken 3114 keer.)
Gelogd
Zeester
Gast
« Antwoord #44 Gepost op: 30-07-2008, 20:36:28 »

Op volle Zee!


* DIV5112.JPG (78.25 KB, 875x600 - bekeken 2656 keer.)
Gelogd
Pagina's: 1 2 [3] 4 5 6 7 ... 15 Omhoog Print 
« vorige volgende »
Ga naar:  


Login met gebruikersnaam, wachtwoord en sessielengte

Powered by MySQL Powered by PHP Powered by SMF 1.1.4 | SMF © 2006, Simple Machines LLC Valid XHTML 1.0! Valid CSS!