Kornelis Tuijt (1797) en Guurtje den Dulk (1800) kregen 11 kinderen.
Wie waren dit en wie weet de volledige gegevens (geb. data e.d.) van deze kinderen?

Gerrit bedankt.

dan heb ik dus

Arie Tuijt,
arbeider en vischdrooger, geboren op 24 mei 1840 te Schev. (GA 908), overleden op 18 september 1909 aldaar (OA 2821), zoon van Kornelis Mente Tuit (visser) en Guurtje Carelse den Dulk (visdraagster).
Hij is getrouwd op 19 augustus 1868 te Den Haag (HA 493) (1) met
Neeltje Verheij,
werkster, geboren op 12 april 1842 te Schev., overleden op 28 april 1873 aldaar (OA 877), dochter van Arij Verheij (visscher) en Gerritje Knoester (werkster en visverkoopster).
Hij hertrouwde op 20 mei 1874 te Den Haag (HA 363) (2) met
Arendje Roosendaal, werkster, geboren op 20 mei 1845 te Schev. (GA 1133), overleden op 19 juni 1906 aldaar (OA 1858), dochter van Simon Roozendaal (visscher) en Elisabeth Taal (vischverkoopster).

Arendje Roosendaal is geboren op 20 mei 1845 en overleden op 19 juni 1906, dochter van Simon Roosendaal en Elisabeth Taal.

Weet jij misschien de volledige geb. datum van Arie Tuijt (1840)?

Arie Bruin is op zee op de SCH 134 omgekomen na een mijnontploffing.
Op de andere vragen kan ik je helaas geen antwoord geven.

Hier haar ouders en broers.

Johan de Best, zeevisscher, geboren op 21 september 1903 te Schev. (GA 4699), wonende te Schev.: Meeuwenhof 35, overleden op 9 april 1988 te Schev. , begraven op 14 april 1988 te Loosduinen (Ockenburgh), zoon van Cornelis de Best (visscher) en Geertje Verheij.
Hij is getrouwd op 30 april 1924 te Den Haag met Pieternella Johanna Bruin, geboren op 8 oktober 1905 te Schev., gedoopt op 12 november 1905 aldaar (OK), overleden op 22 april 1983 aldaar, begraven te Loosduinen (Ockenburgh), dochter van Arie Bruin (visser (stuurman)) en Pieternella van Leeuwen.
Uit dit huwelijk:

1 Cornelis de Best, geboren op 9 december 1924 te Schev.
2 Pieternella Johanna de Best, geboren op 20 oktober 1926 te Schev.
3 Arie de Best, geboren op 15 oktober 1928 te Schev.
4 Johan de Best, geboren op 5 januari 1933 te Schev.
5 Leenderd de Best, geboren op 18 november 1935 te Schev.

Rinus, ik ben ook benieuwd naar het antwoord.

Tevens vond ik op het forum Schev. haven het volgende over de schuit

Nummer Naam Jaar Model Reder.
 
SCH 89 Jo 1915 ML. v/h Fr. Vrolijk

Nummer: Meetbrief nummer 7260
Scheepswerf: de Groot en van Vliet te Slikkerveer
Motor: 240 Pk 4 cil Brons Bj 1947
Bruto: 176 .64 ton
Netto: 84,87 ton
Lengte: 34,51 meter
Breedte: 6,56 meter
Holte 2,74 meter
Begin: 1915 VL 61 Jo Eig. van Toor Visserij MIJ
1925 VL 61 Jo Eig C van Toor
1931 GDY 61 Irena Eig Poolse MIJ
1934 VL 61 Jo Eig D van Heul
1957 VL 61 Jo Eig C van Toor
1958 SCH 89 Jo Eig. v/h Fr.Vrolijk
1965 verkocht voor de sloop aan de Brugse Sleepsloperij zeebrugge
Verandering:   
Einde:   
Extra info   


Schippers uit 1900 1958 t/m 1964 J. Pronk

Hieruit blijkt dat J. Pronk ook na 1954 nog schipper was.

Ja maar is er geen exacte dag in juli 1954 bekend. Wanneer is het schip uitgevaren, evt. omstandigheden e.d. Komt het overeen met mijn vermelde datum "10 juli".

Wanneer is J. Pronk verdronken?

Is het misschien Jacob Martinus Pronk, geb. 16-2-1905? Als datum van overlijden heb ik 10-7-1954.

Dat meisje heette volgens mij Cornelia en woonde in de Vijzelstraat. Haar ouders waren Krijn en Cornelia.

4e Pieter is begraven 21-08-1770 te Schev.

Hier de voorouders

Kornelis Janse Taal, gedoopt op 1 december 1697 te Schev., begraven op 7 november 1761 te KaZ, 63 jaar en 341 dagen oud, zoon van Jan Pieterse Taal en Lijntgen Huijbertse van der Swan.
Hij is in ondertrouw gegaan op 14 mei 1718 te KaZ, getrouwd op 29 mei 1718 aldaar voor de kerk met Diewertje Cornelisse Vlieland, geboren te KaZ, gedoopt op 19 april 1699 aldaar (doopgetuige was Elijsabet Claas), begraven op 12 april 1760 te KaZ, 60 jaar en 359 dagen oud, dochter van Cornelis Vlielander en Fijtie Claasse Hoek.

Arentje Dominicusse de Ruijter, gedoopt te Schev. op 8 mei 1695, begraven aldaar op 30 december 1758.
Zij is getrouwd te Schev. op 3 juni 1718 voor de kerk met Dirk Engelen Hogendijk, gedoopt te Schev. op 3 november 1697, begraven aldaar op 3 juni 1749, zoon van Engel Arijense Hogendijk en Neeltgen Claesdr Roos.

Haar ouders zijn
Dominicus Dominikusse de Ruijter, gedoopt te Schev. op 21 februari 1674, begraven rond 1739.
Hij is getrouwd te Schev. op 30 januari 1695 voor de kerk (1) met Dirkje Paulusse van der Eijk, gedoopt rond 1676, begraven op 20 april 1698.

Haar grootouders zijn
Dominikus Ariense de Ruijter, gedoopt rond 1640, begraven op 27 december 1690.
Hij is getrouwd te Schev. op 2 juni 1664 met Geertje Teunisse Zeeman, geboren te Ter Heijde op 2 juni 1664, begraven te Schev. op 5 februari 1729, dochter van Teunis Cornelisz Zeeman en Trijntje Jacobsdr.

Neeltje Minnekusse de Ruijter, gedoopt te Schev. in februari 1753, overleden aldaar op 1 februari 1827.
Zij is getrouwd te Schev. op 21 juli 1776 voor de kerk met Arij Maartense Knoester, gedoopt te Schev. in februari 1753, overleden aldaar op 10 september 1824, zoon van Maarten Evertse Knoester en Arentje Dirkse Hogendijk.

Haar ouders zijn
Minnekus Minnekusse de Ruijter, gedoopt te Schev. op 21 december 1729, begraven aldaar op 18 mei 1771.
Hij is getrouwd te Schev. op 22 oktober 1752 voor de kerk met Maria Gijsbertse Ros, gedoopt te Schev. op 24 januari 1734, overleden aldaar op 14 juni 1814, dochter van Gijsbert Jooste Ros en Baertje Janse Korving.

Haar grootouders zijn
Minnekus Dominicusse de Ruijter, gedoopt te Schev. op 6 augustus 1705, overleden rond 1766.
Hij is getrouwd rond 1726 voor de kerk met Kornelia Leendertse van der Harst, gedoopt te Schev. op 13 november 1701, begraven aldaar op 13 juni 1785, dochter van Leendert Cornelisse van der Harst en Gerritge Claesdr van der Keij.

Leendert Cornelis van der Harst wordt ½ 1775 een grijsaard genoemd. Hij was
eerst visser, daarna boer, kreeg toestemming van de magistraat om
vissersschuiten in en uit zee te trekken en hield daarvoor paarden. Ook deed
hij aan de schelpenvisserij. Hij zag kans duingrond tot weien hooiland te
ontginnen en kreeg op 7-9-1768 en 26-6-1769 ½ 12 morgen duingrond in de
Graeflijkheid in eeuwig durende erfpacht, waarvoor hij f 5,-- per morgen en
1/10 van de opbrengsten moest afdragen. In de geschiedenis van "Van der Harst
in Harstenhoek/van der Harst tot Hus" neemt hij een belangrijke plaats in. In
1770 strandde een schip uit de Oostzee voor Scheveningen en Leendert van der
Harst gebruikte de rogge als zaaikorels. Ook teelde hij aardappels uit zaad.
Hij ontving voor de ontginningsactiviteiten een zilveren medaille en 30 gouden
dukaten van de Maatschappij ter bevordering van de Landbouw. Voor de
voortzetting van de ontginning kreeg hij veel waardering en ontving een
zilveren tabaksdoos, een exemplaar van "De Werken van de Maatschappij" en vier
dukaten. Ook zijn zoon Cornelis van der Harst (ged. 27-10-1754, tr. Kornelia
Taal) hielp hem bij de ontginning en bracht het aangrenzende duinterrein in
cultuur. Voor de ontginning betrok hij tegen een geringe prijs het visafval van
de Scheveningers. Uit het verslag van de heer Bogaardt uit 1785 blijkt dat toen
24 morgen, d.i. ½ 20 ha. ontgonnen was.