Laat berichten zien
|
Pagina's: [1] 2 3 4 5 ... 124
|
2
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 01-11-2019, 10:26:33
|
U-19 4-6-1915 U-19 werd in 1912 gebouwd en over gegeven aan de Engelsen in 1918, Zij bracht op 4-6-1915 de Dunnet Head tot zinken.
U-19/S198 March 1940 U-19, van 279 ton, werdt in 1935 gebouwd and op 11-9-1944 gesloopt. Zij bracht 15 schepen tot zinken met een tonnage van 35,871 ton, met inbegrip van de Minsk op 19-3-1940 en de Bothal, Chardow & Viking op 20-3-1940.
U-20 27-1-1940 De U-20 bracht de Faro en de Hosanger tot zinken op 27-1-1940. Zij werd tot zinken gebracht door HMS Onslaught en een Poolse destroyer ZO van de Sandy Riddle op 1-1-1945 in position 58 38 N 02 46.11W (Feiten controleren 1-1-1945 )
U-22/S 171 21-1-1940 De U-22 bracht de HMS Exmouth and Telka tot zinken op 21-1-1940.
U-23 18-2-1940 De U-23 bracht de HMS Daring tot zinken op 18-2-1940.
UB-27 25-8-1916 De UB-27 bracht de HMS Duke of Albany tot zinken op 25-8-1916.
UC-41 6-11-1917 De UC-41 bracht de Breid tot zinken op 6-11-1917.
U-57 Feb./June 1940 De U-57 bracht de Gretafield tot zibken op 14-2-1940, de Loch Maddy 21-2-1940 en de O.A.Brodin op 17-6-1940.
U-59 6-4-1940 De U-59 bracht de Navarra tot zinken op 6-4-1940.
U-94 1917 De U-94 bracht de Deveron tot zinken in 1917.
U-309 16-2-1945 De U-309 was het Konvooi WN-74 aan het schaduwen, toen zij ontdekt werd door de Canadese fregat Saint John op haar sonar. Na een aanval met 4 diepte bommen, werd zij tot zinken gebracht op vijf en twintig mijl van Wick in positie 59 09N 02 23W - allen 47 bemannings leden vonden de dood..
U-775 6-12-1944 De U-775 bracht HMS Bullen (K 469) tot zinken bij Strathy Point in position 58.30N 05.03W op 6-12-1944. 71 leden van de bemanning werden er bij gedood en 97 leden van de bemanning overleefden..
Viking 20-3-1940 Het Deense vrachtschip Viking, gebouwd in1893, van 1,153 ton, was dertig mijl NO van Wick tijdens haar reis van Frederikshavn naar Blyth in mistig weer en werd getorpedeerd door de U-19 en zonk in position 58.21N 02.22W. Vijftien opvarenden vonden de dood en twee opvarenden, op een reddingsvlot, werden meegenomen naar Wick.
Wave Dancer 11-5-1992 Het korf vissersvaartuig Wave Dancer kwam in moeilijkheden, toen een korflijn in de schroef van het vaartuig geraakte en het schip naar de rotsen deed drijven van Staxigoe. Toen een poging werd gedaan om het schip weer drijvende te maken, vulde het schip zich snel met water en zonk, waarna de twee opvarenden zich in het water zich moesten zien te redden. Een der opvarenden werd al spoedig opgepikt door Ian Cormack en de tweede opvarende werd van de rotsen gered. De gezonken boot werd de volgende dag herwonnen.
Waynegate July 1940 De Waynegate uit London, gebouwd in 1931, van 4,260 ton, strandde bij Finnieshaven, Stroma in dichte mist. Zij werd bij hoogwater vlot getrokken door de HM sleepboten Buccaneer and Salvage King.
Willesden 1911 De Willesden, gebouwd in 1905, van 4,881 ton, strandde in de mist bij Skirza Head in 1911 – Zij werd later weer vlot getrokken Zij werd tot zinken gebracht op 7-11-1932 bij Visakhapatnam, in India, na opgelopen schade bij het aan de grond lopen om als golfbreker dienst te moeten doen.
Yukon Fisher BCK 107 Sept.1961 Van het Yukon vissersvaartuig met visserij nummer BCK 107, een Buckie seine-net schip, krabde het anker ,terwijl zij opperte had gezocht voor een westelijke storm en werd naar de wal gedreven bij Little Sands, Dwarwick. Haar bemanning van vijf personen, wist zwemmend de wal te bereiken.. Het schip werd weer vlot getrokken, toen de weersgesteldheid verbeterde.
Einde
|
|
|
3
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 01-11-2019, 10:18:24
|
Deel 10
St Sunniva 5-2-1914 De St Sunniva, gebouwd in 1887, liep aan de grond bij Graemeshall op 5-12-1914 en werd later weer vlot gekregen. Zij werd een wrak bij Mousa op 10-4-1930. Er waren geen verliezen aan mensen levens, Star of Victory A 4 25-10-1939 De trawler Star of Victory met visserij nummer A 4 ,, strandde bij Keiss op 25-10-1939. Verschillende pogingen werden aangewend om het schip vlot te krijgen, maar toen een sterke ONO lijke wind opstak, moest de Wick reddingsboot de bemanning van 10 personen van boord halen. Drie dagen later ging een bergings ploeg van zeven personen , in een kleine boot er op uit om te trachten de trawler vlot te krijgen en haar te redden van de ondergang en werden verrast, toen een zware zeegang van een sterke Oostelijke wind hen noodzaakte, dat zij niet naar de wal konden terug keren. De reddingsboot uit Wick redde hen Wel werd er geregistreerd dat vliegtuigen van Wick het wrak als doel nodig hadden voor praktijk oefeningen.
Stellatus 3-3-1959 De Stellatus, gebouwd in 1936, afkomstig uit Helsingborg, liep aan de grond bij Aukengill in slecht weer.Zij was onderweg naar Ellesmere Port met een lading pulp.Haar bemanning werd gered door de reddingsboot uit Wick en door middel van een broekboei. .
Strathalford A 50 30-4-1940 De trawler Strathalford met visserij nummer A 50, werd naar de rotsen gedreven aan de noord zijde van de Wick baai en zestig yards van de kust, op 30-4-1940. Het schip werd herhaaldelijk gezweept door zware zeegang en negen bemanningsleden waren samen gevoegd in het stuurhuis en een man , die zich vast klampte aan de tuigage van de voor mast. Vier mannen werden overboord geslagen en de Wick reddingsboot kon slecht een van deze vier man redden. Vijf mannen werden gered door de broekboei, maar de schipper kwam klem te zitten. Een van de reddingslijnen, afgevuurd door kustwacht, werd opgepikt door de reddingsboot.De schipper wikkelde deze lijn om zijn middel en sprong in de woeste zee, waar hij opgepikt werd door de reddingsboot.
Strathcoe A 6 4-2-1959 De Aberdeen trawler Strathcoe met visserij nummer A 6 liep op de kust bij Rackwick op 4-2-1959. Er stond een noord- oostlijke wind en een zware grond deining met vijftien voet hoge golven, die tegen de kust aan braken.. De Longhope reddingsboot bemanning tuigde een boeibroek installatie op en haalden hiermee 14 bemanningslden door de woedend razende zee naar de veiligheid. Dan Kirkpatrick werd hiervoor gehuldigd met zijn eerste Zilveren reddings medaille
Strathelliot A 46 28-10-1952 Tijdens een zware ZO lijke storm, liep de the Aberdeen trawler Strathelliot, met visserij nummer A 46,op de kust bij Selwick op het eiland Hoy. De Stromness reddingsboot kon onmogelijk dichter bij het gestrande schip komen, door de zware zeegang en de rotsen. Het Longhope reddings team redde de bemanning van twaalf koppen door middel van een boeibroek installatie, tijdens een windkracht van 50 mijl per uur en door 300 honderd yards woedende zee.
Tamara XII 18-2-1924 De Tamara XII van 1700 ton groot, ging ten onder bij Copinsay, tijdens een stormachtige wind, toen zij onderweg was van Leith naar Hamburg,
Tekla 21-1-1940 Het Deense vrachtschip Tekla, Gebouwd in 1920, met een lading van kolen en cokes.op reis van Burntisland naar Aarhus, groot 1,469 tons , werd getorpedeerd doorde U 22, ongeveer veertig mijl NNW van Kinnaird Head. Negen opvarenden vonden de dood en negen overlevenden werden opgepikt door HMS Sikh ( F 82 veranderd als koopvaardij schip Iris ) en aan wal gebracht in Bergen, Een lichaam spoelde aan en werd te Wick begraven.. Tennessee Het Britse schip Baron Fairlie, gebouwd in 1925, groot 6,706 ton, kwam in aanvaring met de Tennessee van 5667 ton en veroorzaakte veel schade aan haar op 25-5-1940, kort nadat zij Kirkwall had verlaten met bestemming Leith Het gebeurde in dichte mist, zich invoegend bij een konvooi van acht schepen, De Tennessee was als eerste op haar plaats in het konvooi en de Baron Fairlie was het laatste schip.. Door een onbekende oorzaak, passeerde de Baron Fairlie het andere schip en kwam in aanvaring met de Tennessee De Tennessee werd aan de grond gezet bij Roana Bay in de buurt van Deerness. Het grootste gedeelte van de lading werd gered en daarna werd het schip “total loss “ verklaard. De aanvaring vond plaats op bestek 58.53 N 02.52 , bij Copinsay.
Thor BX 580 8-3-1952 Zij werd in 1943 gebouwd als de HMT St Agnes – verkocht naar Belgie en vervolgens naar Duitse eigenaars. Op 8-3-1952 kapsuisde zij en zonk bij North Ronaldsay in positie 58 50N 01 20 W. De bemanning van achttien opvarenden, vonden de dood..
Thunfisch 31-1-1975 De Thunfisch, een Duitse motor trawler, liep op een rots en zonk tijdens zwaar weer op ongeveer twee en een halve mijl NO van Duncansby Head. Er werd gedacht dat haar positie N57 39.0 W3 0.0. was. Zij was in 1958 gebouwd, 824 ton groot, lengte 66 m, and breedte 9 m. De bemanning van twintig personen had het schip verlaten in vijf reddingsvlotten,die verspreid raakten over een groot zee oppervlak. Longhope redde drie mannen vanaf een reddingsvlot, helicopters tilden tien mannen vanaf een stuk land bij Swona. Ondertussen had de reddingboot van Longhope besloten om op Swona naar overlevenden te zoeken en vonden daar de zeven resterende bemanningsleden die beschutting hadden gezocht in de hut met voedsel, die de vorige bewoner . Mr. Rosie, in de hut had achter gelaten.
Thyra 14-6-1914 Het Noorse stoomschip Thyra, onderweg van Dundee naar New York, met een stukgoed lading, strandde een mijl ten zuiden van Duncansby Head en bleef daar vast zitten. Ondanks het lossen van de lading, faalde de pogingen om het schip weer vlot te krijgen. Thyra II 5-7-1942 Op 5-7-1942 ramde het vrachtschip Thyra II, gebouwd in 1923, groot 1088 tons, een vaartuig van Royal Navy Dance klasse onderzeeer jager HMS Sword Dance, die op patrouille diensten bezig was met een oostkust konvooi WN 5 in dichte mist. HMS Sword Dance zonk in minder dan een uur en zonk ongeveer 10 mijl ten oosten van Wick..
Trident PD 111 3-10-1974 De Trident PD 111, op weg naar Peterhead, zonk bij Noss Head op 3-10-1974 – De gehele bemanning vond de dood.
U-14 Feb. 1940 De U-14, van 275 ton was in 1936 gebouwd en in 1945 tot zinken gebracht.. Zij bracht negen schepen van 12.344 tot zinken, met inbegrip van de schepen Rhone en de Sleipner op 15-2-1940 en de Liana en de Osmed op 16-2- 1940..';
U-14 5-6-1915 Zij werd op 5-6-1915 buiten werking gesteld door kanonvuur van de bewapende trawler Oceanic 11 en zonk bij Peterhead in positie 57 16 N en 01 16 O.
U-18 23-11-1914 De U-18 was de haven van Scapa Flow binnen gelopen., maar ziende dat de haven ledig was van schepen, trachtte zij weer te ontsnappen. Dit werd gezien en zij werd geramd en ernstig beschadigd door de gewapende trawler HMT Dorothy Grey , voorheen de Aberdeen trawler A 212.. De U 18 kwam naar de oppervlakte en hees de witte vlag. Zij werd door haar eigen bemanning totzinken gebracht en haar bemanning van 26 personen werden gevangen genomen door de destroyer HMS Garry.
wordt vervolgd
|
|
|
4
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 29-10-2019, 08:54:37
|
Deel 9
Rein 13-4-1937 Toen het Noorse vrachtschip Rein vast liep op de Helman Head op 13-4-1937 , werd haar bemanning van zestien personen gered door het lokale seine-net vissersschip de Smiling Morn. De Rein van 725 ton was onderweg van Lyjor in Noorwegen naar Liverpool met een lading hout pulp..
Remus 23-2-1918 Het stoomschip Remus, gebouwd in 1908, 1,079 ton groot, zonk door een mijn, die gelegd was door de UC-59 op zes mijlen ZZW van Copinsay, Vijf opvarenden vonden de dood en de 12 overlevenden werden door een marine schip opgepikt op positie 58 50 N en 02 45 W\
Rhone 15-2-1940 Het Deense vrachtschip Rhone, gebouwd in 1916, van 1,064 tons, werd getorpedeerd ongeveer 50 mijl ten noorden van Rattray Head op 15-2-1940. De Duitse onderzeeer U-14 bracht het Deense vaartuig Rohne tot zinken, waarbij negen doden te betreuren vielen, en het schip Sleipner ( waarbij dertien doden te betreuren vielen ) , kort na middernacht.. Een en veertig overlevenden, werden later opgepikt door de Zweedse trawler Standard en HMS Kipling. Later op de dag, om 21.25 uur, torpedeerde de U 14 het Zweedse kolen schip Osmed, twintig mijl ten noorden van de Kinnaird Head , waarbij dertien doden te betreuren vielen en zeven overlevenden gered werden door de Loch Hope. – Om 21-35 uur,bracht de U-14 het Zweedse kolen schip Liana tot zinken, waarbij tien opvarenden werden gedood en twee overlevenden door de trawler Loch Hope werden gered en 8 overlevenden werden gered door het Zweedse schip Santos. Robert Schou 19-8-1966 De Deense trawler Robert Schou uit Fredrickshaven werd verlaten na slagzij te hebben gemaakt , nastranding op de Proudfoot. De bemanning werd door de reddingsboot uit Wick gered en werden naar de haven gebracht. Echter nadat zij wat voedsel tot zich hadden genomen in het gebouw de Ardent, werd hen verteld dat het schip van de rotsen was afgegleden en naar zee drijvende was.. Hun werd een kans gegeven en er werd geconstateerd dat het schip zichtbaar onbeschadigd was..
Ross Puma GY 646 1-4-1968 De Grimsby trawler Ross Puma met visserij nummer. GY 646 ran strandde op de noord zijde van de Little Rackwick Shoals tijdens een NW lijke storm, met een ruwe zee en sneeuw buien. Het was bitter koud en de bemsanning van vijftien personen stonden ineen gedoken aan de SB zijde van het schip.Door middel van de reddings vlotten van de trawler werden zij gered door de reddingsboot van Longhope. By means of the vessels liferafts they were rescued by Longhope lifeboat. Dan Kirkpatrick werd geëerd door de toewijzing van zijn derde RNLI Zilveren Medaille. Dwaas genoeg, vond hij de dood in een ongeval met de reddingsboot van Longhope, alvorens de medaille uitgereikt kon worden.
Ross Tern GY 700 10-2-1973 De Grimsby trawler Ross Tern met visserij nummmer GY 700 strandde op de Tarf Tail, Swona. Met de aanwakkerende wind en de zware deining probeerden zes opvarenden een redding vlot uit te zetten, maar door de heftige weers gesteldheden werd het vlot weg geslagen van het wrak. Zij werden uiteindelijk gevonden na een zoektocht van de reddings boten van Longhope en Wick.. Ondertussen waren de resterende vijf opvarenden op het wrak gebleven, zich vast klampend aan de opbouw van het schip.. De Longhope reddings boot redde hen uiteindelijk onder zeer moeilijke omstandigheden. Jack Leslie werd hier voor geëerd door de toekenning van de RNLI Bronzen Medaille, voor dit dienst betoon..
Rutgers Victory 17-6-1953 Het Amerikaanse Liberty schip Rutgers Victory strandde op the Pentland Skerries in dichte mist.. Zij werd weer vlot getrokken met de hulp van de bergings vaartuigen. Salveda en Metinda III.
Scottish Maid K 553 4-6-1981 Het vissersschip de Scottish Maid met visserij nummer K553,onderweg naar de visgronden, liep op de kus,t op een mijl afstand benoorden de plaats Wick. De bemanning werd gered vanaf een reddings vlot en aan wal gebracht in Wick. Het schip werd “total lost “ verklaard.
Servus 6-12-1959 Het vrachtschip Servus uit Leith.met een bemanning van 9 personen, liep aan de grond precies onder het kasteel Dunbeath Motor problemen waren er sinds het vertrek uit Buckie en het schip dreef hulpeloos rond in de Morey Firth, vooraf gaande aan een sterke ZW lijke storm. Verscheidene schepen haastten zich om hulp te bieden en het FP schip Scotia bracht een lijn over., maar toen deze brak, werden herhaaldelijk pogingen uitgevoerd om een lijn over te brengen om te slepen, maar deze waren onsucces vol De Cromarty reddings boot redde de bemanning op een korte afstand, alvorens het schip op de rotsen liep.. De bootsman van de reddings boot werd hier voor beloond met de zilveren RNLI Medaille voor deze redding.. .
Shakespeare H 406 11-12-1907 De trawler Shakespeare met visserij nummer H 406, liep aan de grond te Breckness bij Stromness op 11-12-1907 tijdens haar thuisreis vanaf de visserij.Het was een verschrikkelijke nacht en toen de trawler zonk, klauterde de bemanning in het want.. Vier manschappen vonden de dood, drie personen werden gered door de reddings boot en drie personen door de kustwacht. De RNLI Zilveren medaille werd uitgereikt aan de bootsman, dhr.Robert Greig, van de reddings boot van Stromness.
Solan INS 112 19-10-1995 Kort nadat het vissersschip Solan met visserij nummer INS 112 Scabster had verlaten, liep zij aan de grond bij Murkle.. Zware golf formaties braken op de kust en voor de reddingsboot was het onmogelijk om dichter bij het schip te komen, om de bemanning te redden. De kustwacht deed diverse pogingen om een lijn aan boord te krijgen en inderdaad waren er twee personen zo gelukkig te kunnen ontsnappen met schrammen en kneuzingen, toen zij van de rotsen werden afgeslagen. De bemanning werd kort hierna gered per helicopter. De Solan werd als “totaal wrak” geclasseerd..
Sound Fisher 13-1-1957 Toen de Sound Fisher vier mijl OZO van Wick was, op weg van Lyness naar Gent, begon haar lading schroot te verschuiven, waar door het schip zonk. Twee Aberdeense trawlers , de Dulcibelle en de Woodbine, pikten elk zeven bemannings leden op..
St Clair 30-1-1895 Op 30-1-1895 werd het 342 ton grootte schip ,de St Clair 1, getroffen door drie zware stortzeeën, toen zij probeerden de haven van Wick uit te varen en door de stroming op een zandbank werd gezet aan de achterzijde van de Noord Kade en ongeveer zestig yards er van verwijderd. De reddingboot werd te water gelaten en in gereed gehouden, terwijl de raket brigade bezig was een broekboei installatie op te tuigen en hiermee de bemanning van twee en dertig personen en vijf passagiers te redden De golven stortte zich over het scheepje heen, toen het getij de haven binnen stroomde en de deklading weg spoelde. Het schip liep veel schade op aan de bodem, aan beide zijden van het schip, tussen de beiden bolders en het werd gevreesd, dat het schip “total loss “verklaard zou worden. Echter op 13-3-1895 werd het schip drijvende gemaakt, opgelapt en naar Aberdeen gesleept voor verdere reparaties.
St Clair FD 15/ GY 387 23-8-1949 Bezig met de thuisvaart naar Great Yarmouth, met een goede vangst, liep de trawler ST.Clair met visserij nummer FD 15 in dikke mist aan de grond op Stroma, , Het schip werd weer drijvende en werd meegevoerd door wind en getij, liep het schip liep weer vast op de Swona.. De bemanning werd door de reddingsboot van boord gehaald.
St Nicholas 17-6-1914 Zij was een stalen stoomschip , wat gebouwd werd in 1871 te Whiteinch Het schip leek veel op een ander schip genaamd de St Clair, maar de boeg en achterschip waren anders. Zij liep aan de grond bij Proudfoot op 17-6- 1914 , zette zich vast op een richel en gleed vervolgens in dieper water bij het opkomen van het getij.
St Rognvald III 4-5-1973 De St Rognvald III liep vast op Theives Holm op 4-5-1973 toen zij Kirkwall naderde.. Haar bemanning werd van boord gehaald door een der reddingsboten van Shapinsay en Kapitein Moncreif werd ontslagen..Op 18-5-1973.kwam het schip weer vlot.
St Rognvald IV 5-3-1991 De St Rognvald IV werd gehandicapt bij Duncansby Head, toen het schip door een grote golf werd getroffen, die de vensters van het stuurhuis insloeg, wat schade aan bracht aan de electriciteit voorziening en het stuurgerei buiten werking stelde en tevens de kapitein ernstig verwondde. De Wick reddingsboot en een helicopter waren vlug ter plaatse. Terwijl de helicopter de kapitein verplaatste en de niet benodigde manschappen, was de reddingsboot in staat het schip te begeleiden naar een veilige ankerplaats in de Reiss Bay. De kapitein werd geheel genezen verklaard en was instaat om de Walter McPhee trofee met een getuigschrift van de RNLI voor deze verleende dienst uit te reiken.
St Ronan H 86/Princess Elizabeth GY 590 12-10-1952 De Hull trawler St Ronan met visserij nummer H 86, met een bemanning van 20 personen, vertrok uit Hull op 11-10-1952. De volgende avond passeerde zij tussen Stroma en de vaste wal en liep vast bij St.John's Point. De bemanning werden van het schip gehaald door een motor boot uit Stroma en in Mey haven aan wal gezet. Nadat hulppogingen mislukten, zonk zij uiteindelijk op 25-10-1952.
Wordt vervolgd
|
|
|
5
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 25-10-2019, 11:57:27
|
Deel 8
O.A.Brodin 17-6-1940 Het Zweedse koopvaardij schip O.A.Brodin, gebouwd in 1920, groot 1960 ton, werd getorpedeerd en tot zinken gebracht door de U 57, vijftien mijl NW van kaap Noup Head op de Orkneys eilanden op bestek 59.22 N 03.40 W. Drie bemanningsleden vonden de dood en 21 opvarenden overleefden de torpedering. Zij werden later opgepikt door de marine trawler FY 699, de HMS Sicyon en door de marine trawler FY 533 de HMS Admiral Sir John Lawford en werden in Kirkwal aan wal gezet.
Ohio 28-6-1897 Het schip Ohio, gebouwd in 1888, groot 2389 ton, strandde in een dichte mist te North Aukengill op 28-6-1897. Visserlui uit Aukengill ontfermden zich over een gedeelte van de lading, brachten het schip weer in drijvende toestand en zette haar vervolgens bij Reiss Sands op het strand. Na tijdelijke reparaties was zij weer vaar klaar en stoomde het schip naar Aberdeen.
Olive Leaf 16-1-1974 Het vissersschip Olive Leaf strandde bij Proudfoot op 6-1-1974. Ondanks bergings pogingen door de schepen Boy Andrew, de Jura en de reddingboot van Wick, gleed het schip van de rotsen en zonk.
Oljaren 12-4-1951 De Oljaren, een Noorse tanker, strandde bij Muckle Skerry op 12-4-1952. Na enkele dagen vast te hebben gezeten, werd zij weer in drijvende toestand gebracht met de hulp van de sleepboot Salveda van de Metaal Industrie en de visserlui uit Stroma en verder versleept naar Lyness
Opportune BCK 105 23-11-1955 De Opportune met visserij nummer BCK 105, strandde op de noord zijde van Wick Baai op 23-11-1955, Bij hoogwater werd zij weer drijvende verklaard, met de hulp van de reddingsboot uit Wick en de visserij kruiser.
Osmed 16-2-1940 Het Zweedse vrachtschip Osmed, gebouwd in 1903,groot 1526 ton, werd getorpedeerd op 20 mijl ten Noorden van Kinnaird Head op 16-2-1940. Dertien man vonden de dood en zeven opvarenden overleefden en werden opgepikt door de trawler Loch Hope. Het Deense vachtschip Rhone, gebouwd in 1916, 1064 ton groot, werd getorpedeerd op ongeveer vijftig mijl ten Noorden van Rattray Head op 15-2-1940 De Duitse onderzeeer U 14 bracht het Deense schip Rhone ( negen opvarenden vonden de dood ) en vrachtschip Sleipner ( waarbij dertien opvarenden de dood vonden ) tot zinken, kort na midder nacht Een en veertig overlevenden werder later opgepikt door de Zweedse trawler Kipling.. Later op de dag, om 21.25 uur, torpedeerde de U 14 het Zweedse kolen schip Osmed en bracht haar tot zinken, 20 mijl Noord van Kinnaird Head, waarbij dertien opvarenden werden gedood. En zeven opvarenden werden gered door de trawler Loch Hope Om 21.35 uur torpedeerde de U 14 het Zweedse kolen schip Liana en bracht haar tot zinken, waarbij 10 opvarenden werden gedood en twee opvarenden werden gered door de trawler Loch Hope en acht opvarenden door het Zweedse stoomschip Santos.
Osterhav 28-3-1936 Het 2500 ton metende Finse vrachtschip Osterhav, met 22 opvarenden aan boord, met inbegrip van 5 vrouwen, liep op de rotsen, juist ten zuiden van Suncansby Head in dichte mist op 28-3-1936'. Korte tijd hierna, gleed het schip van de rotsen en met twee opvarenden van de Wick reddingsboot als loodsen, voer het schip Zuid waarts tot zij op de kust werd gezet bij Reiss Bay. Na de gehele nacht “stand by “ , zette de Wick reddingsboot 22 opvarenden van de bemanning aan wal te Ackergill..Later , toen het weer verslechterde werden de gezagvoerder en de overblijvende bemanningsleden aan wal gezet.'' De Osterhav werd later drijvende gemaakt en werd zuid waarts gesleept voor reparaties.
Pendeen later Citos 13-6-1923 Op 13-6-1923, brak aan boord van de Citos, een Zweeds stoom vrachtschip, het stuurgerei. Het schip was een westelijke koers varend met een lading hout en bevond zich ten westen van Stroma , bij zware zeegang.. Het meeste van de deklast en de opbouw was reeds overboord gespoeld. Zij dreef terug rond het Noorden van Stroma tijdens het hoogwater tij en miste ter nauwennoods de Lowther Rots. Negen bemanningsleden trachten vrij te komen van het schip in een der reddings boten en verdronken bij deze poging. Daarna redde de de reddingsboot van Longhope en een destroyer de rest van de bemanning onder grote moeilijkheden. Het schip dreef ten oosten van de Skerries, alvorens te worden opgepikt door de H,L.S. Pole Star en een deel van de bemanning van de Pole Start aan boord zette. Het stuurgerei werd gerepareerd en het schip werd op sleeptouw genomen, maar de sleeptrossen braken verschillende keren, Na veel moeilijkheden werd het schip naar de veiligheid gesleept in de Inganess Baai bij Kirkwall, .
Pennsylvania 25-7-1931 De Pennsylvania uit Kopenhagen liep op een rif aan de west kant van Swona, tijdens een dichte mist.,op 25-7-1931. De bemanning werd gered door visserlui uit de plaats Stroma. Een gedeelte van de lading werd geborgen door de Deense sleepboot Gorm. Het wrak werd vervolgens verkocht aan de visserlui, die zich ontfermden over de rest van de lading..
Pioneer Commander 13-8-1977 De Pioneer Commander, welke uitrusting voor het USA leger vervoerde, strandde bij de Lowther Skerries. Na enkele dagen werd zij weer drijvende en werd ze meegenomen naar Lyness.
Pitstruan 13-4-1917 Terwijl zij aan het mijnen vegen was voor de Admiraliteit, liep de Pitstruan op een mijn., op twee mijl ZO van Ness Head..
Radiant PD 298 22-11-1998 Het vissersschip Radiant, met visserij nummer PD 298 uit Peterhead, liep aan de grond in de ingang van de haven van de plaats Wick , na een verkeerde beoordeling van het tij. Zij liep behoorlijk wat schade op aan haar sonar uitrusting,, tijdens het stampen van het schip op de haven bodem..
Wordt vervolgd.
|
|
|
6
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 22-10-2019, 09:21:15
|
Deel 7
Loch Maddy 21-2-1940 Het Britse koopvaardij schip Loch Maddy, gebouwd in 1934, groot 4996 ton., was onderweg van Vancouver naar Leith, toen zij werd getorpedeerd door de U 57 op 20 -2-1940 bij het oosten van de Orkney eilanden, maar het schip zonk niet. Zij werd op sleeptouw genomen, maar de volgende dag werd zij weer getorpedeerd door de U 23 en brak in twee delen. Het achter deel werd als nog gesleept door HMS St.Mellons en aan de grond gezet in de Inganess Baai op Orkney. Haar lading , uit het deel van het schip wat gered was, bestond uit tarwe, hout en vliegtuigen. Vier man vonden de dood en vijf en dertig leden van de bemanning overleefden de ramp.
Lucy Anderson 12-3-1917 Het schip Lucy Anderson, groot 1073 ton, werd door een duikboot aangehouden en vervolgens tot zinken gebracht door kanon vuur, op 12 Maart 1917.
Malin Head 21-10-1910 De Malin Head,gebouwd in 1892, groot 3467 ton, liep vast bij Huna op 21-10-1910, Zij was op reis vanaf Middlesbrough naar Canada met een lading ruw ijzer,' Zij werd gegrepen in de sterke stroming en werd dwarsscheeps op de wal gezet.' Éen gedeelte van haar lading werd nog gelost, alvorens zij “total Loss “werd verklaard
Marstenen/Viv 30-8-1940 Het Noorse schip Marstenen, gebouwd in 1913 in Frederikshavn Noorwegen werd getorpedeerd en zonk door Duitser vliegtuigen op 22 mijl ten zuiden van Duncansby Head op 30-8- 1940 Haar bemanning werd opgepikt, tien personen door het Zweedse schip Birgittta en elf man door de escorterende destroyer HMS Cattistock, Zij was onderdeel van konvooi WN en zonk op positie 58 23 N en 02.37 W
Marz GY 182 17-6-1932 De Grimsby trawler Marz met visserij nummer GY 182, gebouwd in 1930, liep vast op Langaton Point Stroma op 17-6-1932. Een man werd overboord geslagen en verdronk, toen het schip vast liep. Toen de berging niets opleverde, redde de Thurso reddingsboot de veertien koppige , bemanning, terwijl de schipper te Stroma bleef.
Merrivale GY 77 18-2-1936 De Grimby trawler Merrivale, met visserij nummer GY 77, westelijk stomend, liep vast op Little Skerry op 18-2-1936. Er stond een ZO lijke storm, dichte mist en zware oostlijke golf slag. De vuurtoren wachters van Muckle Skerry, zagen wel de noodsignalen en t rachtten hulp op te roepen, maar hadden hierin geen succes ten gevolge van het slechte weer en het slechte zicht, Toen het daglicht werd, kon worden vast gesteld dat de trawler over de rotsen was gegooid en in dieper water was gekomen en daar was gezonken. Haar dertien koppige bemanning, vonden allen de dood. Miguel De Larrina 21-5-1943\ Het vissers vaartuig Garda, met visserij nummer GK 15, zonk na een aanvaring met het schip Miguel De Larrina op 10 mijl ten NO van de plaats Wick op 21-5-1943, waarbij drie bemanningsleden van de Garda de dood vonden,
Minsk 19-3-1940 Het koopvaardij schip Minsk, gebouwd in 1911 met een grootte van 1229 ton, op reis van Manchester naar Esbjerg, werd getorpedeerd en zonk door de U 19 op de 19-3-1940 Elf mannen werden gedood en negen overlevenden werden opgepikt door de marine trawler HMS Esk,met visserij nummer H 15 en in Invergordon aan walgezet.
Miranda 20-1-1940 De Miranda,gebouwd in 1920, groot 1328 ton, onderweg van Blyth naar Oslo.werd tot zinken gebracht door de U 57 ZO van de plaats Wick op positie 58 14 N en 02 05 W op 20-1-1940.Veertien mensen vonden de dood en drie overlevenden werden opgepikt door HMS Discovery 11 en aan wal gezet in Kirkwall.
Morning Star WK 27 27-4-1963 Het visserij schip Morning Star, met visserij nummer WK 27, terwijl zij onderweg was naar de visgronden, liep aan de grond bij Proundfoot op 27-4-1963 Haar bemanning werd gered door de reddingsboot van de plaats Wick. Bij hoog water kwam het schip weer te drijven, mede door de hulp van de schepen Golden Spinney, Bleubell en de reddingsboot van Wick.
Murjek 11-4-1916 Het Zweedse koopvaardij schip Murjek, in 193 gebouwd, grootte 4146 ton, liep op een mijn en zonk ten noorden van Cape Wrath op 11-4-1916. Een opvarende vond hierbij de dood. Het schip was onderweg van Philadelphia naar Narvik met een lading kolen.
Navarra 6-4-1940 Het Noorse koopvaardij schip Navarra, gebouwd in 1920 met een grootte van 2118 ton, onderweg van Swansea naar Noorwegen met een lading kolen, werd getorpedeerd door de U 59, op 30 mijl afstand van de Noord Schotse kust op 6-4-1940 in bestek 59 N en 04 W. Twaalf manschappen vonden de dood en veertien opvarenden werden door het Finse schip Atlas opgepikt, nadat zij acht uur in een open boot in een storm hadden door gebracht., Wel werden zij in Kirkwall aan wal gezet. Het moeilijke punt van dit voorval was dat de U boot rond de drenkelingen cirkelden, waarbij zij in de reddingsboot in een moeilijke staat verkeerden en zij van de U boot geen poging ondernamen, om hen te helpen.
Navena FD 172 6-12-1953 De Fleetwood trawler Navena, met visserij nummer FD 172, werd tot wrak geklasseerd toen zij op weg naar de visgronden vanaf Aberdeen bij de Faroer eilanden strandde op 6-12-1953, De 12 koppige bemanning werd per helicopter gered tijdens een periode van windkracht van 100 mijl per uur. De piloot van de helicopter werd voor deze redding beloond met de Board of Trade Reddings schild.
Neptunia H 2166 21-2-1936 De Franse stoom trawler Neptunia, met visserij nummer H 2166 strandde in dichte mist op de Tails of Brims Walls op 21-2-1936.Door middel van een kleine boot, redde de Longhope redding maatschappij 41 leden van de bemanning, ondanks de zeer onstuimige zee. Bootsman William Dass werd beloond met de RNLI Bronzen medaille voor deze prachtige redding.
Norholmen 23-11-1966 Het Noorse vissersschip Norholmen strandde bij Kirk Rocks in de Holy Sound op 23-11-19
Northern Wave GY 184 8-3-1957 De Grimsby trawler Northern Wave, met visserij nummer GY 184, strandde bij Myrkle op 8-3-1957 Zij werd weer drijvende gebracht bij hoog water met behulp van de reddingsboot uit Thurso.
Noss Head 28-2-1941 De Noss Head, een klein soort vrachtschip, gebouwd in 1921, slechts 438 ton groot, verliet Leith met bestemming Kirkwall op 25-2-1841, met een lading bakstenen en kolen. Het schip had een bemanning van 12 personen.De volgende dag zocht het schip opperte in de Gardentown Baai , alvorens haar reis te vervolgen........... Zij werd echter nooit weer gezien..In de vroege dagen van de maand Maart, spoelden twee reddingsvesten met een lichaam in het vest aan, op de kust bij Deerness in Orkney en een ander zwemvest met het lichaam van James Knowles, 19 jaar oud en kok aan boord van het schip.spoelde aan een mijl ten zuiden van Keiss Harbour. De gehele bemanning van 12 personen vonden de dood. . Wordt vervolgd
|
|
|
7
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 18-10-2019, 08:42:17
|
Deel 6
James Barrie H15 29-3-1969 De Hull trawler James Barrie, met visserij nummer H 15 strandde op 27 Maart 1969 op de Lowther Rock, tussen Muckle Skerry en Little Skerry in de Pentland Firth. Deze Hull trawler was in 1949 gebouwd en was onderweg naar de visgronden bij IJsland. De reddingboot van Wick redde de bemanning van 21 personen door middel van twee reddings vlotten, toen het weer iets verbeterde.. Door ronddrijvend wrakhout en drijvende delen van het schip, kreeg de reddingboot touwwerk in een van haar schroeven en hier door moest de motor van de reddingsboot stop worden gezet. Twee dagen later,bij hoog water,gleed de reddingsboot van de rotsen, maar ondanks er pompen aan boord werden geplaatst, zonk de reddingsboot anderhalf uur later bij Hoxa Head. Jean Stephen A 420 18-1-1958 De Aberdeen trawler Jean Stephen met visserij nummer A 420, strandde tijdens een zware storm op 18 Januari 1958 tijdens het zoeken van een opperte. De reddings boot van Wick en de kustwacht waren spoedig“stand by “ De bemanning van de trawler wachtte op laag water en werden door middel van een broekboei van boord gehaald. De ketels en wat ijzerwerk van het schip kan nog steeds worden gezien bij laagwater.
Johanna Thorden Het Finse koopvaardij schip Johanna Thorden, gebouwd in 1936 van 3223 ton groottte, liep aan de grond bij Clett of Swona en werd tot wrak verklaard op 12-2-1937. Er bestonden twijfels waarzij feitelijk aan de grond was gelopen. Een en twintig leden van de bemanning , samen met twee vrouwen en hun zoontjes stapten in een reddingsboot en een uur later werd een tweede reddings boot uitgezet met het restant van de bemanning, zijnde 13 personen. Na drie uur hun kreachten te hebben gemeten met de zeegang, gelukte het slechts acht personen, om de kust te bereiken. Dertig opvarenden vonden de dood en enkele leden er van werden op de Orkney eilanden begraven..
Juny R-19-HA 10-6-1965 Het Noorse vissersschip Juny werd verlaten in stormachtig weer bij de Noorse kust op 6 Mei 1965 Op 10 Juni 1965 werd zij nog steeds drijvend aangetroffen bij Copinsay door het Schotse schip Enterprise uit Wick. Het wrak werd leeg gepompt en op sleeptouw genomen naar Wick. Een paar dagen later werd het schip weer door de eerdere eigenaars geclaimd en werd weer terug gesleep naar Noorwegen. Keith Hall A636 27-11-1921 De trawler Keith Hall ,met visserij nummer A. 636 werd in Birsay tot wrak verklaard op 27-11- 1921, toen zij aan de grond liep bij dikke mist en zware zee gang Zij was oorspronkelijk een Duitse trawler met de naam Darmstadt, die in 1896 te water was gelaten. Een der bemannings leden vond de dood bij het trachten, de kleine reddingsboot van het schip te water te laten.
Kentucky 1920 De Kentucky, gebouwd in 1897, groot 3649 ton, liep bij dichte mist aan de grond bij Shoal van de Slate, Skirza Head, in 1920. De bemanning werd gered door gebruik making van het Scarfskerry Raket Apparaat Kompagnie. Toen het weer verbeterde, werd het schip drijvend aangetroffen, maar werd wat later toch gesloopt.
Kiruna 28-7-1915\ Het Zweedse schip Kiruna, gebouwd in 1915, groot 4638 ton, gebouwd in 1913, onderweg van Philadelphia naar Stockholm, met een lading kolen, liep vast op de Muckle Skerry op positie N.58 41.5 W.2 55,75 , op 28 July 1915 en werd als verloren beschouwd.
Koorah A 18 11-2-195 Het Aberdeense visserij schip Koorah, met visserij nummer A,18, gebouw in 1811,liep vast op een rif, een mijl westelijkvan Dunnett Head op 11 Februari 1954, De bemanning werd gered door de seine net visser Our Lassie en werden aan land geze in Scrabstern. De berging van het schip faalde en het schip zonk,,
Korall 5-12-1972 De Korall uit Gotenberg liep vast op een klif , onderdeel van de kliffen van Brims Ness op de 5e Decenber 1872, tijdens een zware storm, De Kustwacht laste twee klip ladders aan elkaar en redde in de duisternis de bemanning één voor één, door hen de klif te doen opklimmen.. De volgende morgen keerde de kapitein terug aan boord van het schip om de scheeps papieren in veiligheid te stellen, Maar hij weigerde pertinent om langs de ladders naar de klif af te dalen, die hij de nacht er voor nog had beklommen
Langanes KG 363 11-11-1941 De hulp schoener Langeness van de Faroer eilanden, met schipper Daniel Jacob Mortonson, onderweg van de Faroer Eilanden naar Aberdeen met een lading vis , ging verloren op 11 November 1941 bij Scrabster Roads, ongeveer 120 yards ten zuiden van de Holburn Head vuurtoren. Er stond een zware Zuid Oosterlijke storn met zware uitschieters en een ruwe zee , Er wordt aangenomen, dat het anker heeft gekrabd,, De bemanning werd per reddingsboot in veiligheid gebracht,
Lans 21-12-1974 Op 21 December 1974 werden de beide reddings boten van Stromness en Longhope te water gelaten , om de hulp te gaan bieden aan de Belgische trawler Lans, welke aan de grond was gelopen onder de landtong van Berrie Head, op de zuidwest punt van het eiland. Hoy Beide reddingsboten deden vergeefse pogingen om dicht bij de trawler te komen. Een poging resulteerde er in, dat de bemanning van de reddingsboot van dhr Flett, arm verwondingen op liepen, toen de anker winch van de reddingsboot het begaf, als gevolg van de zware deining., De gehele bemanning werd door een RAF helicopter gered, welke onder commando van Dave Crrosbie stond, in een gevaar volle redding.,waarvoor zij allen werden beloond met een medaille, welke uitgereikt werd door de Koningin.
Leicester City GY 22-3-1953 In een potdikke mist en bij een hevige deining strandde de Grimsby trawler Leicester City, op haar thuisreis vanaf de noordelijke visgronden bij Breabuster Point op Hay. Zeven leden van de achttien bemanningsleden verloren hier hun leven.
Liana 16-2-1940 Het Zweedse koopvaardijschip Liana, welke in 1898 gebouwd was, 1646 ton groot. werd getorpedeerd door de U 14 en werd tot zinken gebracht. op 24 mijl ten noorden van Kinaird Head op de 16e Februari 1940. Tien leden van de bemanning, lieten hierbij hun leven. Twee overlevenden werden opgepikt door de trawler Loch Hope. Acht bemanningsleden werden opgepikt door het schip Santos, die op haar beurt weer getorpedeerd werd door de U 63 op de 24 Februari 1940, met het verlies van zes bemanningsleden afkomstig van de Liana.
Linkmoor 10-11-1930 Het Britse vrachtschip Linkmoor, gebouwd in 1913, groot 3175 ton, in ballast onderweg van Liverpool naar Blyth, werd onhandelbaar in een zware storm en een hoge westelijke zeegang en strandde bij Scarfskery. De bemanning van twee en dertig personen werden gered met behulp van de plaatselijke reddings apperatuur, maar het schip was “ total loss “
Loch Esk A 241 15-2-192 De Aberdeen trawler Loch Esk, met visserij nummer A 241, gebouwd in 1908, kwam in aanvaring en zonk op 8 mijl ten noorden van Dunnet Head op 12 Mei 1029.
wordt vervolgd
|
|
|
8
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 15-10-2019, 08:33:00
|
Deel 5
HMS Fiona 6-9-1917 \ De HMS Fiona, een bewapende koopvaardijkruiser,, veranderde in een wrak op de Clettack Skerry, in de Pentland Firth op positie 58 40.993 N en 53,596 W. Zes man vonden de dood bij de reddings ope
HMS Imogen 16-7-1940 HMS Imogen D 44, gebouwd in 1937 werd geramd en zonk bij de Britse lichte kruiser HMS Glasgow. De Imogen vatte vlam en werd verlaten, vijf mijl zuid oost van Duncansby Head en zonk in positie 58 34 N ,02 54 .
HMS Iron Duke 17-10-1939 Gebouwd in 1912, was de Iron Duke een super onvervaard slagschip. Zij was overgeplaatst naar de reserve vloot in 1931 als een opleidings schip, In 1939werd zij overgeplaatst naar Scapa Flow als een depot vaartuig. Op 17 Oktober 1939 werd zij gebombardeerd en hierna aan de grond gezet om te voorkomen, dat het schip zou zinken, Een man werd gedood en 25 manschappen liepen verwondingen op.
HMS Lynx 9-8-1915 De destroyer Lynx liep op een mijn en zonk op 24 mijl ZO van Wick op positie 58 10.32 N 02 30,14 W,'; Drie en zeventig manschappen verloren het leven en 26 overlevenden werden opgepikt door het SS Volcano,
HMS Nessus 8-9-1918 De destroyer HMS Nessus botste in de mist met HMS Amphritite en zonk op 26 mijl ten oosten van Wick
HMS Salvage King 12-9-1940 Zij strandde en ging verloren op de Ness of Duncansby, Het schip was een bergings sleepboot en was in 1924 gebouwd en was 1164 ton groot. De reddingsboot van Wick bracht negen personen naar een sleepboot en de reddingsboot van Longhope nam de overige 35 manschappen over, Er werd een poging gedaan om het schip te redden maar deze poging had geen succe
HMS Sphinx 3-2-1940 Gebouwd in 1939, was de HMS Sphinx aan het mijnen vegen in een gebied vijftien mijl ten noorden van Kinnaird
Built in 1939, HMS Sphinx was sweeping an area fifteen miles north of Kinnaird Head, Fraserburgh, toen zij door vijandelijke vliegtuigen werd aangevallen. Een bom raakte het voorschip en ontplofte en verwoeste het gehele voorschip. De HMS Halcyon nam haar op sleeptouw en zij kapseisde. Het wrak spoelde later aan wal bij Lybster. Een en veertig opvarenden verloren het leven bij de ontploffing.
HMS St Albans formerly USS Thomas 3-5-1941 HMS St.Albans was de eerdere Amerikaanse USS Thomas. De destroyer St.Albans kwam in aanvaring met H.M.T. Alberic, waarbij dit schip zonk bij Scapa Flow. De 286 tons trawler HMT Alberic was omgebouwd voor mijnen veeg werkzaamheden, Haar veertien koppige bemanning verloor hierbij het leven,
HMS St Olaves 21-9-1942 De reddings sleepboot St.Olaves, terwijl zij de lichter Golden Crown sleepte, net toen zij kaap Duncansby Head passeerden, kwam in moeilijkheden, toen de sleeptros brak bij zware zeegang,. Beide schepen gingen op drift en liepen vast op de Ness of Duncansby. De reddingsboot van Wick, onder commando van Neil Stewart, zette de reddingsboot tijdens een uitstekende daad van zeemanschap, langszij de lichter en redde de levens van zeven en twintig opvarenden, Ook werden nog eens vier bemanningsleden van de sleepboot gered. Neil Stewartt werd voor deze daad beloond met de RNLI Brenzen medaille, voor deze uitzonderlijke redding.
HMS Sword Dance T 132 5-7-1942 Op 5-7-1942 the Royal Navy Dance klasse onderzeeboot jager HMS Sword Dance was op patrouille werkzaamheden met het oost kust konvooi WN 5, toen zij werd geramd tijdens dichte mist door één van de konvooi schepen, de Thyra 11, groot 1088 ton. Zij zonk in minder dan een uur, op ongeveer tien mijl ten oosten van Wick
HMS Vanguard 9-7-1917 HMS Vanguard, een zware slag kruiser, gebouwd in 1909 van 20,000 ton, ontplofte in Scapa Flow, Zij zonk vrijwel onmiddellijk en 804 bemanningsleden vonden hierbij de dood. Slechts waren er maar twee overlevenden,
HMT Orsino 28-9-1916 HMT Orsino, gebouwd in 1906,groot 172 ton werd tot zinken gebrsacht door kanon vuur van de onderzeeër U.55, bij Strathy Point op 28-9-1916, waarbij 6 doden te betreuren waren, Positie 58 40 N en 04 05 W\ ' Hosanger 27-1-1940\ De Hosanger, een Noors koopvaardij schip van 1591 ton en gebouwd in 1911, op weg in ballast naar Leeds,werd getorpedeerd door de U 29 op 27-1-1940 op 15 mijl zuidoost van de Copinsay vuurtoren. De explosie blies het totale achterschip weg en het schip zonk in 2 minuten. De enige overlevendem slaagde er in een reddingvlot te bereiken, waarop 4 andere overlevenden zaten. Deze vier overlevenden vonden door bevriezing de dood. Hijzelf werd vijftien uur later opgepikt door HMS Northern Reward en werd vervolgens naar het Kirkwall hospitaal overgebracht.. Deze ramp kostte aan zeventien opvarenden het leven.
Hoy Vikingur SA 458 Het vissersschjp Noy Vikingur met visserij No, SA 458 strandde bij de haven ingang naar Thuro haven.,Er is gedacht dat er een vergissing was gemaakt met de aanloop verlichting naar Scrabster Haven. Er was geen schade en het schip kwam vrij met het volgende gerij.
Indian 6-8-1910 Tijdens de doorgang van de Pentland Firth in dikke mist, strandde het viermaster stoomschip Indian. Het schip was onderweg naar Floroda met een lading zout Zij strandde aan de oost zijde van. Duncansby Head bij Rispie, waar de stroming twaalf mijl was Er was veel lekkage aan het voorschip,maar het schip gleed van de rotsen af en werd geëscorteerd door de reddingsboot van Huna naar Reiss Baai waar zij aan de grond werd gezet. Het schip was in 1990 gebouwd en was 5990 ton groot en haar bemanning bestond uit Duitsers en Engelsen. Het schip werd op 17 Augustus 1910 na reparaties weer drijvend en vervolgde haar reis naar Newcastle op eigen kracht.. Toen het schip voor de eerste maal strandde, sloeg een der bemanningsleden over boord en verdronk.
Irene 17-3-1969 Op 17-3-1969 strandde Het Liberiaanse schip Irene op de kust bij Grimnese, South Ronaldsay, na in een hevige storm, de Noordzee te hebben doorkruist. De reddingsboten van Longhope en Kirkwall werden te water gelaten, maar de kustwacht redde de bemanning door middel van een broekboei. De reddingboot van Longhope verging bij deze reddings poging en haar gehele bemanning van 8 personen vond bij deze redding de dood.
Wordt vervolgd.
|
|
|
9
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 11-10-2019, 08:32:12
|
Deel 4
Girl Betty PD 376 14—4-1964 Het vissersschip Girl Betty PD 376 strandde om 02.00 uur op de kust bij Proudfoot, kort na het verlaten van de haven op 14-4-1964. De reddingsboot redde de bemanning van zeven koppen, Pogingen werden ondernomen om het schip te redden, maar deze waren niet succesvol.
Golden Promise OB 898 7-9-2011 Om 07.40 uur op 7-9-2011 strandde de negentien meter lange Sint Jacob schelpen visser Promise OB 898 op Stroma terwijl hij op weg was van Scrabster naar de visgronden. De reddingsboten van Thurso en Longhope werden samen met een reddingshelikopter van de RAFuit Lossiemouth gealarmeerd en de bemanning werd in veiligheid gebracht
Gretafield 14-2-1940 De tanker Gretafield van 10.191 ton, gebouwd in 1928, was onderdeel van konvooi HX-18 toen ze op 14-2-1940 werd getorpedeerd door de U57 ten zuidoosten van Noss Head. Ze was op doortocht van Curacao naar Halifax en naar Invergordon, met 13.000 ton stookolie. Tien van de bemanning werden bij deze aanval gedood. De kapitein en dertig bemanningsleden werden gered door de HMS Peggy Nutten en de HMS Strathalladale en aan wal gebracht in Wick De brandende Gretafield dreef op de kust bij Dunbeath en brak in tweeën.
Gunnaren 19-8-1935 De Gunnaren, een Zweeds motorschip,beladen met stukgoed, strandde in dichte mist aan de westkant van Swona. De Longhope reddingsboot bezorgde de post voor de bemanning aan de wal en de bemanning op het schip. Zweedse en Duitse bergingsteams probeerden een deel van het schip te redden door het in tweeën te snijden, maar vanwege de zware zeegang moest dit worden opgegeven. Later verplaatste zich het achter deel van het schip een halve mijl verder langs het eiland. Het grootste deel van de lading werd geborgen door sleepboten die werden bijgestaan door vissers van Swona en Stroma. HMS Duke of Albany 25-8-1916 Het turbine stoomschip Duke of Albany was een passagiers schip, dat door de London en de Noord Western Spoorweg maatschappij van 1907 tot 1914 werd gerund als passagier schip en ook als HMS Duke of Albany van 1914 tot 1916. Zij werd door de Admiraliteit opgeeisd en werd op 25-8-1916 tot zinken gebracht door de Duitse onderzeeer UB 27 op ongeveer 20 mijl ten oosten van de Pentland Skerriesij . Zij was ook het schip dat een van de ankers van de Titanic naar Belfast bracht. De scheepsbel van het schip werd in 2008 in veiligheid gebracht.
Gardar GK 25 21-5-1943 Het vissersschip Gardar GK 25 zonk bij een aanvaring met de Miguel De Larrina op 10 mijl Noord Oost van Wick op 21-5-1943 –waarbij drie van de opvarenden de dood vonden De eigenaars waren Einer Thorgillsson uit Havnarfjordar.
George Robb A 406 6-12-1959 The trawler George Robb A 406 verging bij Stack of Duncansby op de 6-12-1959 op haar tweede reis na te zijn omgebouwd met een diesel motor. Het was een verschrikkelijke nacht met een storm krachtige wind en toren hoge golven. Toe de reddings ploeg op de kliffen arriveerden, was er geen antwoord vanaf het schip, daar hoge golven het schip bestormden.
Gerona 28-10-1892 Gerona strandde bij Freswick op 28-10-1892. Een deel van de lading werd verplaatst en het eschip werd weer drijvende De Gerona werd in 1888 gebouwd en had een laadvermogen van 3056 ton.. Zij vertrok uit Sheffield met bestemming Montreal met een lading stukgoed. De twaalf passagiers aan boord en de 36 koppige bemanning werden gered door middel van een broek boei., Een onderzoek door de Board of Trade bepaalde, dat de gezagvoerder schuldig was aan de stranding van het schip..
Gertrud 1-6-1934 De Gertrud, een Fins vrachtschip, strandde bij Langaton Point, Stroma op 1-6-1934 tijdens dichte mist.. Zij was in 1881gebouwd en was 1664 ton groot. Binnen twee dagen brak zij in tweeën en gleed van de rotsen af. Het schip was in ballast onderweg van Manchester naar Helsingfors. Malcolm Simpson en zijn zoon brachten de gehele bemanning van twee en twintig personen in Stroma aan wal, met behulp van hun vissers sloep.
Giralda 30-1-1940\ De Giralda werd in 1924 gebouwd en was 2178 ton. Zij had een bemanning van 33 personen en de meeste van hen kwamen uit Shetland. Op 3- 1-1940, onderweg van Ayr naar Kirkwall met een lading kolen, werd zij aangevallen door twee Duitse vliegtuigen op ongeveer drie mijl van Grimness op South Ronalday en bestookt met bommen. Het schip stond van voor tot achter in de brand en was zinkende.' De bemanning liet de reddingsboot van het schip te water en verlieten het zinkende en brandende schip en zette koers naar het dichtsbij gelegen Grimness Binnen een kwart mijl afstand van de kust sloeg de reddingsboot om. Alle inzittenden werden in het water gesmeten en verdronken. Twee lijken werden naar Shetland over gebracht en twee lijken naar Leeds. En de andere lijken werden begraven op het St. Olafs kerkhof in Kirkwall Girl Betty PD 376 14-4-1964 Het vissersschio Girl Betty PD 376 strandde op de Proudfoot om 2.00 v.m., kort na het verlaten van de haven op 14-4-1964. De reddingsboot van Wick redde de zeven man sterke bemanning van het schip, Ook werden er pogingen aangewend om het schip te redden, maar deze pogingen waren niet succesvol.
Golden Promise OB 898 7-9-2011 Op 7- 1-2011 om 4.40 uur in de morgen strandde de negentien meter lange Sint Jacobschelpenvisser Golden Promise OH 898 op Stroma, terwijl zij op weg was van Scrabster naar de visgronden. De reddingsboten van Thurso en Lonehope, samen met een reddings helicopter van de RAF in Lossiemouith werden gewaarschuwd en de bemanning werd door de lucht in veiligheid gebracht.
Gretafield 14-2-1940 De 10.191 tons tanker Grenfield,gebouwd in 1928 nam deel aan konvooi HX 18, toen zij werd getorpedeerd door de U.57 ten zuid oosten van Noss Head op 14-2-1940. Het schip was onderweg van Curacao naar Halifax en vervolgens naar Invergordon met 13.000 ton brandstof olie. Tien leden van de bemanning vonden de dood. De kapitein en 30 bemanningsleden werden gered door HMS Peggy Nutten en HMS Strathalladale en aan wal gezet in Wick, De brandende Gretafield dreef naar de wal en strandde bij Dunbeath en brak daar in twee stukken.
Gunnaren 19-8-1935 De Gunnaren was een Zweeds motor schip met een algemene lading en strandde in dichte mist op de west zijde van het eiland Swona, De reddingsboot van Longhope bracht de post van het schip en van de bemanning aan de wal. Duitse en Zweedse bergings ploegen probeerden een deel van het schip te redden, door het schip in tweeën te delen, maar door de zware zeegang moest men dit plan opgeven.. Later kreeg men het achterschip drijvend, maar het strandde weer een halve mijl verder op het eiland, Het meeste van de lading werd geborgen door sleepboten, geassisteerd door visserslui uit de plaatsen Swona en Stroma.
HMS Duke of Albany 25-8-1916 Het turbine stoomschip Duke of Albany was een passagiers schip, dat door de London en de Noord Western Spoorweg maatschappij van 1907 tot 1914 werd gerund als passagier schip en ook als HMS Duke of Albany van 1914 tot 1916 Zij werd door de Admiraliteit opgeeisd en werd op 25-8-1916 tot zinken gebracht door de Duitse onderzeeer UB 27 op ongeveer 20 mijl ten oosten van de Pentland Skerriesij, Zij was ook het schip dat een van de ankers van de Titanic naar Belfast bracht. De scheepsbel van het schip werd in 2008 in veiligheid gebracht.
HMS Exmouth 21-1-1940 HMS Exmouth, trawler H-02 van 475 tons, gebouwd in 1934, werd getorpedeerd door de U 22 en zonk op ongeveer zeventien mijl OZO van Wick op 21-1-1940. De gehele bemanning van 189 personen vonden de dood bij deze ramp. Het schip escorteerde op dat moment het Brtise koopvaardij schip, de Cyprian Prince In de St.Fergus kerk in Wick, staat een gedenk plaat, met alle namen van de verongelukten van deze ramp.
Wordt vervolg
|
|
|
10
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 08-10-2019, 09:14:13
|
Deel 3
Dromara 14-2-1941 De Dromara, gebouwd in 1921, van 723 ton, zonk in de buurt van de Old Man of Wick, op 14-2-1941 terwijl zij op doortocht was in ballast van Derry naar Londen. Het schip ontwikkelde een serieuze lijst van ongevallen , tijdens een zuid oostlijke storm nabij Wick Bay. De kapitein was op zoek naar meer beschut water, maar in de buurt van Helman Head nam ze een veel te veel risico op zich. De Wick reddingsboot redde twee leden van de bemanning door middel van een broek boei en daarna, toen het schip op het punt van kapseizen leek te zijn, werd snel besloten, om de andere elf bemanningsleden te redden, ondanks de ruwe zee.
Dunnet Head 4-6-1915 De Dunnet Head, een vrachtboot gebouwd in 1913, 343 ton, in ballast van Baltasound naar Arbroath, werd beschoten en vervolgens getorpedeerd door de U-19, 35 mijl ten Z van Duncansby Head. Haar bemanning werd opgepikt door het ss Monarch op positie 58 42N 01 55W
Eamont FD 293 / Kirklinton FD 293 11-2-1941 De trawler Eamont FD 293 werd aangevallen door Duitse vliegtuigen. Een bom viel in de stuurhut maar ontplofte niet. De bemanning verliet het schip en de trawler dreef op de kust, dr ie kabel lengten ten noorden van de haven van Latheronwheel en werd een total loss.
Anders FD 9 9-1-1961 Het Faroese vissersvaartuig Else FD 9 strandde bij Ness van Duncansby kort na 07.00 uur op 9-1-1961. Vier van de bemannings leden werden gered door de twintig meter lange Stroma-boot, de Girl Elsie,die werd bemand door de heer Manson en zijn twee tienerzonen. Ze werden op John O'Groats aan wal gezet. De schipper, Jogvan Ingvard Olsen en de machinist besloten aan boord te blijven om een reddingspoging te wagen, als het tij zou op komen. Toen dit niet gelukte, werden het schip door deWick reddingsboot weg gesleept.
Euclase GN 51 22-9-1955 Gebonden aan de visgronden, liep het vissersschip Euclase GN 51 in dichte mist aan de grond ten noorden van Skirza Head op 22-9-1955.De Wick reddingsboot hield stand by, bij de pogingen om het schip te redden, maar toen de bemanning hier in faalden, werden de twaalf mannen gered en naar Wick gebracht door de reddingsboot. Eyfirdingur 11-12-1952 Ze werd gebouwd in 1908 en was een houten kist van 174 ton. Het was zwaar weer, toen zij bij het kalf van Eday op 11-12-1952 strandde en snel in stukken werd geslagen.. Zeven bemanningsleden verloren hierbij het leven - drie lichamen spoelden aan.
Fair Isle GN 70 26-12 1914 Het vissersschip Fair Isle GN 70 werd gebouwd in 1909 en strandde in Reiss Bay. In april 1917 werd ze geborgen en keerde terug naar de dienst bij de Admiraliteit. Ze keerde terug naar de visserij in 1920 en was daar kenbaar in 1950 als het Aberdeense vissersschip Fair Isle A 124
Faro 27-1-1940 Het Noorse schip Faro, gebouwd in 1919, van 844 ton, werd getorpedeerd door de U-20 op 27-1-1940 in positie 58.55N 02.46W. - ongeveer vijftien mijl ten zuidoosten van Copinsay. Ze zonk niet, maar maakte slechts water.. De bemanning verliet het schip in twee reddingsboten. De volgende ochtend gingen kapitein John Birger en zes bemanningsleden weer terug aan boord van het schip ,in de hoop haar te kunnen redden, maar waren niet succesvol en het schip dreef naar de wal en bij Taracliff Bay,Deerness werd zij daar door het geweld verwoest Van de vijftien bemanningsleden overleefden er zeven personen en stierven er acht.
Fertile BF 299,later K 877 op 19-8-65 De Fertile K 877 vond haar einde op 19-8-1965 aan de zuidwestkant van de Brough of Birsay en twee mannen vonden hierbij de dood. In juni 1964 raakte het schip vermist ten zuiden van Sumburgh terwijl ze op weg was van Kirkwall naar Lerwick. Na een massale lucht- / zee zoektocht bevond ze zich 75 km uit de koers bij een Shackleton en bijna 40 mijl ten west-noordwesten van Foula.
Fisher Boy WK 152 sept.1954 Het vissersschip Fisher Boy WK 152 strandde bij Brims Ness op September 1953. Toen zij na een dag vissen terugkeerde naar Scrabster, werden de Thundero-reddingsboot en de kustwacht gewaarschuwd, maar de bemanning klauterde aan wal, met hulp van lokale manschappen. De verzekeraars hebben het wrak aan de eigenaars verkocht Door een gat in de zijkant van het schip te maken, werden de motor en de lier verwijderd en gebruikt in het vervangende vissersschip, de - Star of Peace.
F.P.V.Freya Het vissersbeschermingsvaartuig Freya lag voor anker, toen een storm vanuit het oosten toe nam en haar anker begon te krabben.. Zij vertrok in zuidelijke richting naar Invergordon in steeds zwaardere zeeën en werd bij het zicht op de haven getroffen door drie hoge golven, die haar op haar zij gooiden en deed kapseizen, voordat een noodoproep kon worden uitgezonden.. Een deel van de bemanning slaagde erin aan boord te gaan van een reddingsvlot dat vrij rond dreef terwijl het schip zonk. Ze vuurden fakkels af die werden gezien door de Belgische trawler St. Jan Berchmans. Zij haalde zestien overlevenden van boord, maar helaas vonden drie anderen manschappen de dood. De zeventien jaar oude scheepsjongen zong popliedjes tijdens de afhaal wachttijd op het schip Volgens rapporten dreef de Freya nadat ze was omgekomen naar de wal en strandde in de Haven, net ten noorden van Sarclet Head. Anderen zeggen dat ze anderhalve mijl ten zuidoosten van Sarclet Head strandde.
Fritzzz Fratzzz 16-7-1993 De Fritzzz Fratzzz probeerde de haven van Wick binnen te lopen op 16-7-1993, toen ze naar wal werd geblazen aan de noord zijde van Wick Bay. Ze werd door de Wick Lifeboat weggesleept en begeleidde haar de haven binnen. Daar werd het scheepje gedeeltelijk ontmanteld en op een vrachtwagen gezet voor haar terugkeer naar Duitsland
Gardar GK 25 21-5-1943 Het vissersschip Gardar GK 25 zonk na een botsing met de Miguel De Larrina tien mijl ten noordoosten van Wick op 21-5-1943 - drie van de bemanning stierven. Eigenaren waren Einer Thorgillsson van Havnarfjordar.
George Robb A 406 6-12-1959 De trawler George Robb A 406 is op Stacks of Duncansby op 6-12-1959 gesloopt op haar tweede reis na te zijn omgebouwd tot diesel trawler. Het was een vreselijke nacht met stormkrachtige winden en bergachtige hoge golven. Toen levens reddende teams aan de rand van de klif arriveerden, reageerden er geen grote golven meer over het wrak. Twaalf vissers stierven die nacht samen met een van het levensreddende team
Gerona 28-10-1892 Gerona strandde op Freswick op 28-10-1892. Een deel van de lading werd gelost en het schip was opnieuw drijvende. De Gerona, gebouwd in 1888, van 3.056 ton, verliet Shields op weg naar Montreal met stukgoed vracht. De twaalf passagiers en zesendertig bemanningsleden werden gered door de broelboei. Het onderzoek van de Board of Trade constateerde dat de kapitein de schuld had aan de stranding van het schip.
Gertrud 1-6-1934 De Gertrud, een Fins vrachtschip strandde op Langaton Point, Stroma op 1-6-1934 tijdens dichte mist. Ze werd gebouwd in 1881 en was 1664 ton. Binnen twee dagen brak het schip haar rug en gleed van de rotsen. Ze was op een reis in ballast van Manchester naar Helsingfors. Malcolm Simpson en zijn zoon brachten de bemanning van tweeëntwintig koppen aan wal op Stroma, in zijn creelboot.
Giralda 30-1-1940 De Giralda werd gebouwd in 1924 en was 2.178 ton. Ze had een bemanning van drieëndertig koppen, velen van hen uit Shetland. Op 30-1-1940, terwijl ze op weg van Ayr naar Kirkwall met een lading kolen, werd ze aangevallen door twee vijandelijke vliegtuigen ongeveer drie mijl uit Grimness, South Ronaldsay en werd getroffen door bommen. Het schip stond in brand van boeg tot achterschip en zonk. De bemanning liet de reddingsboot van het schip te water en verlieten de zinkende en de door brand laaiende Giraldo en roeiden naar de nabijgelegen kust bij Grimness. Binnen een kwart mijl vanaf de wal kapseisden de reddingsboot zodat de gehele bemanning in het water terecht kwamen en allemaal omkwamen. Twee lichamen werden terug gebracht naar Shetland en twee naar Leith en de anderen werden begraven op St. Olaf's begraafplaats in Kirkwall.
Wordt vervolgd
|
|
|
11
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 03-10-2019, 12:08:51
|
Deel 2
Transparantie A 129 29-6-1957 De Aberdeen-trawler Carency A 129, gebouwd in 1916, strandde in dikke mist opde Greenigoe, een mijl ten noorden van Wick, op 28-6-1957. Het grootste deel van de bemanning werd overgebracht naar de trawler Gilmar terwijl de rest zich voorbereidde op de poging, om het schip drijvende te houden De Gilmar probeerde vervolgens de gestrande trawler bij hoog water los te trekken, maar na twintig voet het schip te hebben verplaatst, liep zij weer vast Twee uur later gleed ze van de rotsen, maakte slagzij en zonk.
Carmania II 14-2-1929 Op 14-2-1929 keerde de Grimsby-trawler Carmania II terug naar Grimsby met haar visvangst, en strandde op de Kirk Rocks in de Hoy Sound in een sneeuwstorm en bij zeer zware zeeën. De Stromness reddingsboot verscheen snel op het toneel en zeven mannen werden door de brekende zeeën getrokken door middel van een broekboei, voordat de omstandigheden verslechterden. De andere vijf bemanningsleden werden uiteindelijk gered van een zekere dood, door de vaardigheid van de bemanning van de reddingsboot. Bootsman Johnston kreeg zijn tweede bronzen medaille van de RNLI.
Charkow 20-3-1940 Het Deense stoomschip, Chardow, gebouwd in 1913, van 1026 ton, onderweg van Manchester naar Kirkwall en vervolgens naar Methil en Esbjerg in ballast, werd door de U-19 op 19-3-1940 tot zinken gebracht in de Moray Firth, op positie 58.07N, 01.39W. Twintig minuten eerder was het schip Minsk ook tot zinken gebracht door de U-19. Alle twintig manschappen aan boord van de Charkow vonden de dood - één lichaam werd zeven dagen later aangetroffen op een vlot in de buurt van Peterhead.
Citos 13-6-1923 Op 13-6-1923 brak de Citos, een Zweeds stoomschip, varende in westelijke richting ,met een lading hout, haar besturing, ten westen van Stroma in zware zeegang. Het grootste deel van haar deklading en haar bovenbouw, was reeds overboord gespoeld. Ze werd door e vloed weer terug gezet rond het noorden van Stroma en miste nauwelijks de Lowther Rock. Negen leden van de bemanning probeerden in haar reddingsboot vrij te komen van het schip en verdronken. Daarna redden de Longhope-reddingsboot en een torpedojager de rest van de bemanning met grote moeite. Het schip dreef naar het oosten van de Skerries af , voordat zij werd opgepikt door de H.L.S. Pole Star en zette haar bemanning af aan boord van een trawler. De stuurinrichting werd weer opgetuigd en het schip werd op sleeptouw genomen, maar de trossen braken verschillende keren Na een lange strijd werd het schip in veiligheid gebracht in de Inganess Bay in de buurt van Kirkwall.
Clan Mackinlay 6-11-1940 De Clan Mackinlay, van 6.365 ton varende in Convoy WN 31 van Bombay naar Londen, met een stukgoed lading, werd gebombardeerd en geraakte in brand. Ze zonk zes mijl ten NO van Noss Head in positie 58 32N 06 11W. Zeven en zeventig mannen werden gered en vijf opvarenden vonden de dood.
Clarkwood A 557 28-8-1975 De trawler Clarkwood A 577 strandde op 200 meter afstand aan de oostkant van het Dounreay op 28-8-1975. Brandweer en politie van de nabij gelegen atoomcentrale, beveiligden een lijn met de trawler. Haar bemanning lanceerde een rubberboot en negen mannen werden naar de rotsen getrokken - drie tegelijk in de rubberboot. Met vier mannen nog aan boord begon het gevecht om de trawler te redden. Het idee was dat de plaatselijke reddingsboot de sleepkracht op zich zou nemen en de getroffen trawler zou helpen zichzelf van de rotsen te laten drijven. De trawler die in het rond werd gestuwd in de richting van waaruit ze was gekomen, bevrijdde zichzelf bijna en werd zelfs korte tijd als drijvende beschouwd . De brekende golven dwongen haar echter terug de rotsen op. Na vier frustrerende uren besloot schipper Charles Duncan het een dag te noemen waarop het stuur vastliep en water door de huidplaten kwam door het constand beuken op de rotsen. Een voor een werden de vier vissers door de golven naar de wal getrokken met behulp van een broekboei,- uitgeput, nat en bevroren. Skippper Duncan en zijn bemanning werden naar het atoomstation gebracht voor een warm ontbijt en droge kleren en in afwachting van de komst van een marine adviseur.
Craiganeran A 64 17-3-1938 Staxigoe-vissers redde de bemanning toen de trawler Craiganeran A 64 strandde bij Broadhaven. Ze was twaalf uur later opnieuw drijvende en werd naar Wick gesleept. Bij een onderzoek van de Board of Trade bleek dat de trawler op weg was naar de visgronden bij de Faeröer. Kort na het verlaten van Aberdeen werd de bonded stores kast geopend en kreeg elk lid van de bemanning een glas whisky en ook een volle fles voor eigen gebruik - die al weer heel snel leeg waren. Staxigoe bewoners werden beschuldigd van het stelen van sommige flessen whisky, maar dit werd sterk ontkend.
Croma 13-7-1899 De Croma gebouwd 1883, van 3187 ton,was een schip met voor algemene ladingen, op doortocht van Dundee naar New York, werd gesloopt aan het ZO-uiteinde van Swona, toen ze aan de grond liep in dichte mist.
Dalewood A 481 3-3-1974 De trawler Dalewood A 481 verliet Aberdeen om 12.00 uur op de 3-3-1974 op weg naar de visgronden van de Faeröer. In de Pentland Firth werd het op volle snelheid op de rotsen gevaren in een kleine inham bijna onder de westkant van de vuurtoren van Dunnett Head. Het rustte er zwaar doorboord, op een rots aan de voet van steile kliffen van 400 voet hoog.. Een reddingsvlot met vijf mannen aan boord werd opgepikt door de zeesleep cycloon en vervolgens overgebracht naar de reddingsboot van Thurso. De schipper en zijn twee metgezellen voegden zich bij een tweede vlot met drie mannen aan boord en werden aan boord gebracht door de trawler Sealgair.
Dovrefjell 3-2-1956 De Dovrefjell, een Noors stoomschip, tanker en erts vervoerder, strandde op de Little Skerry op 3-2-1956. Reddingsboten van Wick en Longhope begaven zich naar de onheil plaats, maar konden niet in de buurt van het schip komen vanwege de zware oostelijke stort zeeën en de nabijgelegen rotsen. De bemanning van eenenveertig koppen, werd gered door een helikopter, twee personen tegelijk, en landde hen op John O'Groats. Het schip werd later opnieuw vlot getrokken door de sleepboot Salveda.
Wordt vervolgd
|
|
|
12
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 01-10-2019, 08:34:32
|
Noordelijke wrakken gemeld door Andy Anderson 30-10-2013 Deel 1
Akranes GY 155 8-7-1931 In dichte mist strandde de Grimsby-trawler Akranes GY 155 nabij St John's Point. De Thurso-reddingsboot H.C.J. bleef een tijdje stand by, maar naarmate het weer verslechterde met een zware deining, redde zij de bemanning van veertien personen en keerde terug naar Scrabster. Het schip werd later weer vlot getrokken.
Alberia GY 588 3-5-1941 De trawler van 286 ton werd in april 1940 gevorderd door de regering en omgedoopt tot HMT Alberic en omgebouwd voor de taak van mijnenvegen. Zij werd op 3-5-1941 aangevaren door de torpedojager St Albans en zonk voor Scapa Flow. Haar bemanning van veertien koppen verloor hierbij het leven.
Amethyst BA 123 21-8-1933 Het vissersvaartuig Amethyst uit Kirkcudbright liep aan de grond bij Proudfoot op 21-8-1993, toen zij terugkeerde naar Wick.. Ze leed weinig schade en werd met hulp van de reddingsboot van Wick met het vloed weer vlot getrokken.
Arnisdale BF 394 13-4-1994 'l Het vissersschip Arnisdale strandde bij Dounreay op 13-4-1994. Brandweerlieden uit de fabriek in Dounreay boden aan, om de bemanning van het schip met een broekboei van boord te halen, maar de bemanning weigerde dit, omdat ze wilden proberen zelf het schip weer vlot te krijgen Toen het weer plotseling verslechterde, werden ze gered door de kustwachten en werden voor blootstelling behandeld in het medisch centrum van Dounreay. Het schip werd een total loss
Ascania 13-3-1999 Het chemisch transport vaartuig Ascania kreeg motor problemen aan de westkant van de Pentland Firth in een sterke noordwestelijke storm. De Thurso en Longhope reddingsboten werden gealarmeerd toen de Ascania snel naar Dunnett Head dreef. Er werden verschillende pogingen gedaan om lijnen aan boord van het schip te krijgen, maar deze waren niet succesvol, totdat in een wanhopige poging van de Thurso-boot zij er in slaagde toen het schip de rotsen naderde. De rest is geschiedenis - mensen werden geëvacueerd uit hun huizen terwijl de Ascania langs Dunnett Head naar een veilige ankerplaats voer bij Scarfskerry en later naar Scapa Flow werd geleid. De reden voor de paniek was te wijten aan het feit dat de Ascania een zeer vluchtige chemische lading aan boord had met een onbekend explosiegevaar. Billy Farquhar en zijn bemanning ontvingen terecht medailles en andere onderscheidingen voor deze mooie redding.
Audacious BF 83 3-7-2004 Het vissersschip Audacious BF 83 was bij helder weer op weg door de Pentland Firth naar het westen , toen ze op 3-7-2004 aan de grond liep in de buurt van Huna. Ze leed weinig schade en werd tijdens de vloed opnieuw vlot getrokken met de hulp van de sleepboot Harrald en de Thurso-reddingsboot
Avenel 25-1-1906 De Avenel, gebouwd 1900.271 ton, werd op 25-1-1906 gesloopt aan de westkant van de golfbreker van Thurso. Wrakpositie N 58 36,0 W 3 30,0
Avra / Halesius / Clan MacBeolan / Lord Cromer 25-9-1941 Dit vrachtschip van 4652 ton werd in 1912 gebouwd als Lord Cromer. Ze zonk na een botsing met de Marvia op 25-9-1941 uit Duncansby Head varend in Convoy EC 77. Er vielen geen slachtoffers. Wrakpositie N 58 41.617 W 2 59.033
Bancrest 30-1-1940' Het Britse stoomschip Bancrest van 4.450 ton werd gebombardeerd en zonk bij Copinsay op 30-1-1940 terwijl zij op weg was van Philadelphia naar Leith met een lading tarwe. Positie 58.53N 01.52W
Baron Fairlie 25-5-1940 Het Britse schip Baron Fairlie, gebouwd in 1925, van 6.706 ton , kwam op 25- 5-1940 in botsing met en beschadigde zwaar de Tennessee van 5.667 ton op 25-5-1940 kort na het verlaten van Kirkwal met bestemming Leeds. Het gebeurde nogal plotseling daar het in een konvooi van acht schepen ging.De Tennessee was de eerste in de rij en de Baron Fairlie was de laatste. Om een onbekende reden passeerde de Baron Fairlie de andere schepen en botste met de Tennessee. De Tennessee werd aan de grond gezet in de Roana bij Deerness, Het grootste deel van de lading werd geborgen en toen werd het schip total loss verklaard. De aanvaring vond plaats op 58,53 02.52
Belgische trawlers De Haai en Massabiella 26-10-1969 De Haai had een staaldraad in haar schroef en werd door de trawler Massabiella naar Scrabster gesleept waar duikers (George Gibson en Billy Stewart) stonden te wachten om reparaties uit te voeren. In de baai werd de sleeplijn los gegooid en de Massabiella kwam langszij de De Haai om de schepen naast elkaar te verbinden, om zo Crabster binnen te komen. De schepen werden echter door de sterke wind over de baai gedreven en strandden in Thurso East. Terwijl de kustwacht de boei van de boeibroek aan het voorbereiden was, kwam de bemanning van de Massabiella per vlot aan wal. Hoewel het eb was, veroorzaakte de zware deining paniek bij de bemanning van de De Haai. De twee duikers zwommen door de woeste zee, klommen aan boord van de Haai en slingerden vervolgens een tros rond de achtersteven. Ze brachten het uiteinde van de tros terug naar de kust, maakten het snel vast en bleven toen in het water om de bemanningsleden aan wal te helpen, door de ruwe zee, Hoewel toeschouwers van de redding vol lof waren over de acties van de duikers, werd commandant John Woollcombe dat niet en werden publiekelijk bekritiseerd. Toen bergingsdeskundigen verklaarden dat de trawlers niet konden worden vlot gebracht, besloten vier lokale mannen dat het het proberen waard was. Met behulp van hun verschillende vaardigheden en grote vindingrijkheid, hebben ze de trawlers uiteindelijk opnieuw vlot gekregen. Helaas was het geen gelukkige uitkomst – want beide schepen werden uiteindlijk bestemd voor de schroot
Ben Barvas A 175 3-1-1964 De trawler Ben Barvas A175 liep op de Little Skerry aan de grond op 4-1-1964 bij zware brekende zeeën en een sterk getij. In moeilijke omstandigheden redde de Longhope-reddingsboot, met behulp van een broekboei, acht mannen. De trawler uit Aberdeen, de Ben Screel, had al vijf mannen uit de reddingsboot van een schip gehaald. Voor deze uitstekende redding kreeg de reddingsboot bootsman de zilveren medaille van de RNLI, terwijl de rest van de bemanning door de instelling Vellum bedankt werd,
Ben Meidie SN 340 7-10-1958 Het visserschip Meidie SN 340 is vast gelopen op de Pentland Skerries op 7-10-1958. Ze werd herhaaldelijk door volle zee getroffen met een slagzij van 45 graden. De reddingsboot van Wick ging langszij en redde de dertien bemanningsleden.
Benachie BF 416 1973 Het vissersschip Benachie BF 416 strandde op de Ness van Duncansby in 1973. Toen pogingen mislukteom haar drijvende te houden, werd ze naar de wal gesleept, op een vrachtwagen geplaatst en over de weg naar Wick vervoerd. waar ze werd gerepareerd.
Bettina Danica mei 1994 De Bettina Danica, een relatief nieuw schip, liep in mei 1994 op de kust , op de zuidwestelijke hoek van Stroma terwijl zij door de Pentland Firth voer. Het weer was kalm en helder en men dacht dat de wacht hebbende persoon misschien in slaap was gevallen. Pogingen door een sleepboot en Thurso-reddingsboot waren niet succesvol en zij werd een totaal verlies verklaard.
Blue Crusader A 25 januari 1965 De trawler Blue Crusader A 251, gebouwd in 1959, verliet Aberdeen op 15-1-1965 voor de visgronden van de Faeröer. Ze zonk bij North Ronaldsay en haar dertien bemanningsleden vonden de dood..
Bothal 20-3-1940 De Bothal, een Deense stoom schip, werd op 20-3-1940 gelijktijdig met het Deense stoomschip Viking getorpedeerd door de U-19 ongeveer 30 mijl ten noorden van Wick. De Viking zonk onmiddellijk. De explosie van een tweede torpedo blies de Bothal uit elkaar. De Wick reddingsboot redde zeven mannen vanaf twee vlotten.
Braemar A 252 aan wal
Breid 6-11-1917 Het Noorse stoomschip, Breid, gebouwd in 1898, van 1062 ton, was onderweg van Fredrikstad naar West Hartlepool met een lading mijn stutten en werd op 6-11-1917 10 mijl oost ten zuiden van Noss Head getorpedeerd door de UC-41. Alle bemanningleden werden gered.
Cairnglen 23-3-1934 De Cairnglen, een Newcastle-stoomschip van de Cairn Line, was met een stukgoed vracht vanuit Canada op weg naar huis, en strandde bij Huna. Een deel van haar lading werd overgebracht naar Scrabster door de coasters Yewforest en Kinnaird Head. Het schip werd vijf dagen later met hulp van Stroma-schippers opnieuw vlot gebracht. Drie rompsleepboten werden gebruikt en een Leith bergingsvaartuig stond paraat. Het schip werd naar Longhope gesleept, bestuurd door Stroma-schippers en werd later naar Leith gesleept. Op 22-10-1940 liep zij schade op in een dikke mist ten zuiden van de rivier de Tynet vanwege een navigatiefout - Veertien leden van de bemanning bereikten land per reddingsboot van het schip en vijfendertig per boeibroek Drie dagen voordat zij weer in de vaart zou komen, werden drie mannen gedood en vijftig gewond toen de loopplank naar het schip instortte.
Wordt vervolgd
|
|
|
13
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 01-09-2019, 16:22:42
|
Een ding wat J.H. mij geleerd heeft, is boeken zoeken op bradery's en kringloop winkels met betrekking tot de zee en de zeevaart. Ook in de plaatsen , waar je niet woon of werkzaam bent. Zoek eens in plaatsen waar je kinderen een woonplaats hebben gevonden. Een van mijn kinderen is woonachtig in Baarn en daar is ook een kringloop winkel. Ik ben daar dit jaar nu 3 maal geweest en heb daar steeds 1 of 2 leuke boeken gevonden Zoals Sailing Ahoy Aanzien van de oude Visserij Noordzee, Nederlandse Kust cultuur in woord en beeld De bel luidt over 't water Phychologie aan boord Enz
Probeer het ook eens, Het is een goedkopen hobby.
Cor
|
|
|
14
|
Vraag en antwoord / Vraag en antwoord / Re: Herinneringen deel 3
|
Gepost op: 24-08-2019, 16:23:29
|
Maart, Ik ben weer thuis,na een hevige ziekte aanval Ga maar weer eens proberen of ik dit kan opbrengen. Samen met J.H. moet het mogelijk zijn, Je hoort en ziet wel, als wij wat klaar gestoomd hebben, Groeten en dank voor je wensen. Cor
|
|
|
|
|